Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
DICHTERBIJ: VISIE EN BASISHOUDING - Coggle Diagram
DICHTERBIJ: VISIE EN BASISHOUDING
Mensen die in moeilijke levensomstandigheden verkeren; niet op tijd ingrijpen kan grote gevolgen hebben, zeker als moeilijke omstandigheden langer aanhouden.
Of iemand in staat is om die moeilijkheden te overwinnen is een samenspel van persoonlijke, economische en politieke factoren.
persoonlijke factoren die hierbij een rol spelen:
persoonlijke beperkingen: lichte verstandelijke beperking of psychisch kwetsbaar
persoonlijke omstandigheden: ziekte of mantelzorger
levensomstandigheden: slechte huisvesting, onveilige buurt
afkomst:
opgegroeid in armoede --> weinig financiële middelen geeft weinig kans tot ontwikkeling
opgroeien in een vluchtelingengezin --> ontworteling en trauma
maatschappelijke factoren: steeds hogere eisen
economische en politieke factoren:
hoge werkloosheid --> sneller uit de boot
situatie eigen verantwoordelijkheid
minder toegankelijke hulp door bv bijdrage
Methodisch werken biedt sow:
handvaten:
om mensen te ondersteunen
om omstandigheden te benoemen en aan te kaarten
De kern van sociaal werk is om mensen in hun sociale omgeving sterker te maken door hen toegang te laten krijgen tot persoonlijke, sociale en maatschappelijke hulpbronnen.
Inzicht krijgen in welzijnsbehoeften van de cliënten en de (on)mogelijkheden die de maatschappij biedt om mensen te laten groeien en ontwikkelen.
direct contact met de mens en zijn leefomgeving
mensen melden zichzelf
mensen opzoeken op locaties, inde buurt, bij hen thuis
contact leggen naar aanleiding van signalen van derden
contact leggen naar aanleiding van maatschappelijke organisatie
je legt contact als onderdeel van een geïndiceerd zorgtraject
kennis van lokale mogelijkheden
signaalfunctie: belemmering door wet- en regelgeving of door niet goed functionerende instanties.
Breed kijken naar wat er speelt:
financiële en administratieve problemen ontrafelen en oplossen
bemiddeling richting instanties voor mensen die vastlopen in complexe samenleving
ontmoeting en onderlinge steun organiseren
bemiddelen bij conflicten en ingrijpen indien nodig
afstemmen en samenwerken met andere actoren
de effecten van beleid, wet- en regelgeving signaleren
Theoretische onderbouwing
Empowerment:
'Empowerment is een proces van versterking waarbij individuen, organisaties en gemeenschappen greep krijgen op de eigen situatie en hun omgeving en dit via het verwerven van controle, het aanscherpen van het kritische bewustzijn en het stimuleren van participatie.'
Individuele kwetsbaarheid is mede een gevolg van ongelijke toegang tot hulp- en steunbronnen.
Een sociaal werker probeert de persoonlijke, sociale en maatschappelijke hulpbronnen van mensen te vergroten om hun veerkracht te versterken.
op individueel niveau: bevorderen eigen regie, aanspreken eigen kwaliteiten, ontwikkelen vaardigheden, stimuleren sociale contacten, zelfvertrouwen en zelfbewustzijn, stimuleren maatschappelijke participatie --> aanspreken en vergroten zelfhelpend vermogen
op collectief niveau: bevorderen van zelforganisaties en zelfhulp, versterken krachtbronnen in directe omgeving --> versterken van het organiserend vermogen
op structureel of politiek-maatschappelijk niveau: vergroten van de macht om verandering door te voeren in de maatschappij.
Sociaal werk kan door het stimuleren en ondersteunen van dit soort organisaties bijdragen aan het versterken van de macht van burgers om politiek-maatschappelijke veranderingen door te voeren.
Hulpbronnen: verschillende vormen van kapitaal (Pierre Bourdieu):
economisch kapitaal: geld, materiële zaken)
cultureel kapitaal (kennis, vaardigheden, opleiding)
sociaal kapitaal: (relaties en netwerk)
linguïstisch kapitaal (taalbeheersing)
Sociaal werk richt zich op het versterken van verschillende kapitaalvormen.
op individueel niveau: zoeken naar de juiste balans tussen aan spreken van de eigen krachten en het bieden van ondersteuning en mogelijkheden om deze te ontwikkelen.
op collectief niveau: krachtbronnen in de eigen omgeving staan centraal. Het sociaal kapitaal wordt gevormd door de sociale steun en contacten die iemand kan inzetten om zijn eigen situatie te verbeteren. Sociaal werkers helpen (verborgen) omgevingskrachten te ontdekken en te benutten.
op politiek-maatschappelijk niveau: versterken van de invloed die groepen burgers kunnen aanwenden om hun situatie te verbeteren. Tegengaan van uitsluiting en accepteren van hun 'anders-zijn', meedenken en meebeslissen in beleid van bepaalde organisaties, missstanden en negatieve gevolgen van beleid- en wetgeving signaleren, ...
---> tweesporenbeleid
Basishouding dichterbij:
een niet-veroordelende, open onderzoekende houding.
Als sow ben je je eigen instrument.
Leefwereldperspectief centraal: Je wilt weten welke betekenis mensen geven aan wat er in hun leven gebeurt en je erkent hun beleving. Elk verhaal is anders.
Gelijkwaardigheid: Al vanaf het allereerste contactmoment voelt de ander of jij op een gelijkwaardige manier met hen omgaat. Dat zit hem in echte belangstelling, in 'gewoon' zijn en in een samenwerkende in plaats van sturende houding. Pas op het moment dat zij andere mensen of zichzelf schaden, is meer sturing op zijn plaats.
Breed kijken: situaties analyseren vanuit verschillende invalshoeken. Kennis van sociale wetenschappen is belangrijk om de draagkracht en draaglast van mensen te kunnen analyseren.
Besef van normativiteit: Alles wat je doet is gebaseerd op jouw opvattingen over wat 'goed leven' is en je begeeft je voortdurend in situaties waarin verschillende waardekaders tegelijk spelen. Ieder sociaal werker staat voor de opgave zijn flexibiliteit te vergroten.
Maatschappelijke betrokkenheid: Je onderkent dat maatschappelijke kwetsbaarheid samenhangt met sociale ongelijkheid en processen van sociale uitsluiting. Je houding is gericht op herstel en insluiting.
Krachtgericht: Je bent erop gericht op mensen die sociaal uitgesloten zijn, weer in te sluiten. Je werkt vanuit erkenning van hun moeilijke levensomstandigheden. Je hebt vertrouwen in mensen en oog voor hun kwaliteiten en voor wat zij zelf voor elkaar krijgen. Daarnaast zoek je voortdurend naar kansen die in de leefomgeving aanwezig zijn of gecreëerd kunnen worden.