Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
HISTORISCHE FEITEN (deel 1) A. Wat is er gebeurd? B. In welke periode? …
HISTORISCHE FEITEN
(deel 1)
A. Wat is er gebeurd?
B. In welke periode?
C. Waarom belangrijk?
Ontdekking van het vuur
B. Prehistorie
C. Vuur was een belangerijke ontdekking (voedsel rooosteren en koken, zich verwarmen, bescherming tegen dieren en licht)
A. Per toeval ontdekt door een bliksem inslag
Ontdekking van het wiel
B. Oudheid
C. Door ontdekking van het wiel moest de mens niet alles meeslepen of dragen
A. Men begon eerst karren met wielen te gebruiken in het oosten
Ontdekking van het schrift
B. oudheid
A. In het begin gebruikte men tekens, daarna letters
C. Belangrijk als mensen samenleven voor: bv. afspraken te maken, contracten te tekenen, vooraden bij te houden en
te studeren
Ontdekking van het ijzer
B. Oudheid
C. veel voorkomende grondstof voor om werktuigen te maken
A. Na stenen gebruikte de mens metaalertsen om werktuigen te maken (smelten van erts)
De eerste nederzettingen
B. Prehistorie
C. Door op één plaats te wonen produceert de mens zelf voedsel en met de overschotten kon hij aan ruilhandel doen
A. De eerste nederzettingen zijn er gekomen doordat de mens niet meer moest rondtrekken omdat het klimaat zachter werd en de mens een voedselproducent werd in de plaats van voedselzoeker.
De stadstaat Athene met zijn wetenschappers en filosofen
B. Oudheid
C. In Athene is het democratisch bestuur ontstaan
A. Griekenland was verdeeld in stadstaten. Athene stond bekend om hun democratisch bestuur, wetenschappers, filosofen, kunst en onderwijs.
Het grote Romeinse rijk
C. er zijn nog heel veel gebouwen en wegen uit de Romeinse tijd over gebleven. dat zijn ideale bronnen om over de geschiedenis te leren
A. Romeinen hadden in oudheid heel groot rijk. romeinen waren ingenieuze bouwers en knappe organisatoren en ze hadden een groot leger om altijd maar ui te bereiden
B. Oudheid