Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Wijsgerige antropologie - Coggle Diagram
Wijsgerige antropologie
Wat is de mens?
We weten uit eigen ervaring hoe het is om een mens te zijn maar we kunne niet weten hoe het is om iets anders dan een mens te zijn.
We zitten vast aan ons eigen menszijn. Het rare is dat mens tegelijkertijd het subject als het object is in het onderzoek naar wat is de mens
-
Aristoteles
Hij typeerde de mens als een denkend dier. We hebben veel gemeen met dieren zoals ontwikkelen en bewegen maar ons verstand onderscheidt ons van dieren.
Monistische opvatting, ziel en lichaam kunnen niet los van elkaar bestaan.
Friedrich Nietzsche
Hij noemde de mens een redelijk wezen en noemde de rede ziekmakend. Volgens hem is de mens niets meer dan 'wil tot macht', gericht op heersen en overleven.
Hij noemt de mens een niet vastgesteld dier. Volgens hem is het hebben van een verstand niet een extra voordeel ten opzichte van een dier, maar is het juist dat mensen de vaardigheden van een dier missen zoals snelheid en een vacht en hebben ze hun verstand nodig om te overleven.
De mens wordt hierdoor een gebrek genoemd, een mangelwesen
Hij verklaarde God dood en de mens meester en vormgever van zichzelf. Mensen moeten hun eigen keuzes maken en hun eigen leven invulling geven in tegenstelling tot dieren wiens lot al is bepaald.
Dit maakt de mensen tot op zekere hoogte vrij, maar dit levert niet altijd geluk op
Helmuth Plessner
-
Hij noemt mensen van nature kunstmatig omdat ze geneigd zijn om overal cultuur te scheppen zoals huizen bouwen en kunst maken. De mens geeft hun eigen leven vorm, en doet dit ook met zijn omgeving. Anders dan dieren is de mens dus niet alleen een natuurwezen (eten om niet dood te gaan etc) maar ook een cultuurwezen omdat hij afstand kan nemen van deze natuurlijke behoeftes door bijvoorbeeld eetlust uit te stellen.
Mensen proberen via cultuur zin te geven aan het leven, wat in de natuur niet aanwezig is.
De cultuur maakt ook de mens, cultuur heeft grote invloed op hoe wij als mens denken en hoe wij ons leven vormgeven, dit heet enculturatie. Onze waarde en oordelen worden voor een groot deel bepaald door de cultuur waarin we zijn opgegroeid.
de mens is centrisch, het verschil met een dier is dat een mens weet dat hij het centrum van zijn acties is. hij koppelt de acties niet alleen terug naar het centrum maar ook naar zichzelf. daardoor zijn ze bewust van zichzelf. deze verhouding heet excentrisch
-
Sigmund Freud
Freud zag de mens als een ziek dier. een dier dat therapie nodig heeft. Hij begon met gesprekstherapie voor mensen met mentale problemen.
Hij deelt de menselijke geest in drieën, het ich, es en Über-ich.
-
Deze wordt bepaald door het dierlijke Es, de driften
Het Über-ich is een soort geweten dat opgebouwd wordt door de opvoeding. Het controleert of er geen verboden of verdrongen gedachten in het bewustzijn komen.
deze sluimert tijdens de slaap dus tijdens je dromen komen deze gedachten nog wel voorbij en daarom zeggen die ook veel over je als mens.
John Locke
Ging uit van de tabula rasa, het onbeschreven blad. Volgens hem is er niet zoiets als een aangeboren karakter, wat je mee maakt in je leven is wat je uiteindelijk tot mens maakt.
Hij vind dat het zelf voort uit de ervaring, het zelf is een verzameling van ervaringen die we door ons geheugen tot samenhangend verhaal maken.
De herinnering rijgt de verschillende gebeurtenissen als ketting aan elkaar. De ketting van je ervaringen maakt je tot een uniek individu, niemand anders heeft precies dezelfde levensgeschiedenis als jij.
Hume
gaat ervan uit dat er buiten onze ervaringen niets is, ook al doe je nog zo je best om jezelf te voelen, je voelt volgens hume altijd alleen maar warmte of kou, honger of pijn of genot.
-
Plato
Volgens Plato heeft de mens wel een kern, namelijk de menselijke ziel. De ziel is volgens Plato onsterfelijk, wat er ook met het lichaam gebeurt.
De ziel bestaat uit drie delen. de rede, het gemoed en de begeerte. Hij vergelijkt de ziel met een menner en twee paarden. de menner is de rede en die moet het gemoed en de begeerte in balans houden.
Plato gaat uit van twee werelden, de onstoffelijke wereld van de ziel en de zuivere ideeën aan de ene kant en de aardse materiële wereld van het lichaam aan de andere kant. Dit is een dualistisch uitganspunt
Dualistisch = er zijn twee substanties, twee soorten stof die radicaal gescheiden zijn.
Je beschouwt je lichaam als een apart onderdeel dan je ziel, je hebt een lichaam
-
René Descartes
Hij zag de lichaam en geest als twee strikt gescheiden substanties. Dit wordt het cartesiaans dualisme genoemd. Volgens hem is het lichaam gemaakt van materie en neemt dit ruimte in (res extensa) De geest neemt geen ruimte in en is onstoffelijk (res cogitant).
Dieren zijn volgens hem domme machines die alleen deel uitmaken van de stoffelijke deel en niet van de geestelijke.
-
Benedictus de Spinoza
er is maar één substantie en dat noemt hij de God, natuur of het ene. God is oneindig en buiten God kan niets bestaan of begrepen worden. Het denken en het lichamelijke zijn beide verschijningsvormen van God. het zijn twee aspecten van dezelfde substantie.
Immanuel Kant
Wij kennen allen de manier waarop de wereld verschijnt via onze waarneming, die voor iedereen anders is. We kennen dus alleen de wereld op onze eigen manier.
Husserl
fenomenologische methode = maakt onderscheidt tussen de manier waarop wij de dingen ervaren (de fenomenen) en hoe de dingen los van onze ervaring zijn.
hij stelt voor de wereld tussen haakjes te zetten en ons alleen te richten op onze ervaringen. we kunnen dingen scheikundig onderzoeken maar hoe mensen bijvoorbeeld smaak ervaren is voor iedereen anders.
Volgens hem moeten we ons het bewustzijn niet voorstellen als een afgesloten kamer vol gedachten in ons hoofd. alleen door de activiteit van het ervaren van dingen in de wereld bestaat het bewustzijn. dit wordt intentionaliteit genoemd. = het bewustzijn is altijd op iets anders gericht dan op zichzelf.