Barok: Begin 16de eeuw werd Rome geplunderd, dit betekende het einde van de renaissancekunst in Italië, door de contrareformatie kwam er een nieuwe levensstijl en een nieuwe stijl die de oude geloofswaarheden en het triomfalisme van de enige ware katholieke godsdienst moest ondersteunen (de barok) De term is ontstaan in 1800 en is afgeleid van de Portugese barocco (onregelmatig gevormde parel). De barok zijn wieg was Italië. Kenmerken barok bouwkunst: brede middnebeuk, dwarsschip ontbreekt meestal ondiep koor, combinatie van lengtevorm van christelijke basilica en de koepel van de centraalbouw, geen torens, wel een halve koepel, voorgevel is opvallend versierd (altaar buiten de muren), een groots en indrukwekkend versierd interieur, doel is de gemeenschap moest de liturgie kunnen vieren Voorbeelden bouwkunst barok: Il Gesu van Vignola, Carolus-Borromeuskerk van Huyssens, Sint-Pietersplein met de colonnade van Bernini, Vaux-le-Vicomte van Louis Le Vau, Versailles van Manshard, gildenhuizen op de markt van Brussel Kenmerken barok beeldhouwkunst: drukken bewegingen uit, drukt gevoelens van extase pathos of wanhoop uit door gelaatsuidrukking, assymetrie, tegenbeweging, diagonalen, clair-obscur (licht en schaduweffecten), maken deel uit van een groter groep Voorbeelden beeldhouwkunst barok: David Kenmerken schilderkunst barok: assymetrische opbouw, donkere achtergrond, felle kleuren, onzichtbare lichtbron, clair-obscur, diagonalen, uiterlijke bewogenheid Voorbeelden schilderkunst barok: De Nachtwacht van Rembrandt