Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Zinssoorten - Coggle Diagram
Zinssoorten
Indeling op basis van communicatieve functie
Mededelende zin
Doel: iets meedelen, informatie overbrengen.
Deze zin eindigt op een punt.
Bevestigende zin: een zin zonder ontkenning.
Ontkennende zin: een zin die zegt dat iets niet het geval is. Gebruik woorden zoals niet, geen, nooit, niemand, ...
Voorbeelden
Ik vertrek morgen op vakantie. bevestigende zin
Ik vertrek morgen niet op vakantie. ontkennende zin
Vragende zin
Doel: iets vragen
Deze zin eindigt op een vraagteken.
Je maakt een vraagzin door je persoonsvorm vooraan te plaatsen of door een vraagwoord te gebruiken.
Voorbeelden
Vertrek ik morgen op vakantie? ja/nee-vraag
Wanneer vertrek ik morgen op vakantie? vraagwoordvraag
Bevelende zin
Doel: iets bevelen, iets opdragen. Je wil dat er actie volgt.
Deze zin eindigt op een uitroepteken.
Deze zin bevat geen onderwerp. Je gebruikt de imperatief voor een bevelende zin.
Voorbeelden
Vertrek op vakantie!
Vertrek niet op vakantie!
Uitroepende zin
Doel: emotie overbrengen/iets meedelen.
Deze zin eindigt vaak op een uitroepteken.
Deze zin kan je vooral herkennen aan de sterke emotie die wordt uitgedrukt.
Voorbeelden
Auw, dat doet pijn!
Wauw, wat een prachtig uitzicht.
Enkelvoudige en samengestelde zin
Heeft maar 1 persoonsvorm
Als je Ja en Nee vragen stelt heb je maar één antwoord
Enkelvoudige en samengestelde zin
Nevenschikking of onderschikking
Meerdere persoonsvormen
Actieve en passieve zinnen
Hoe maak je een zin passief?
Controleer of je zin momenteel in de bedrijvende vorm staat.
Bepaal het onderwerp in je zin.
Bepaal de persoonsvorm in je zin.
Bepaal het lijdend voorwerp in je zin.
De persoonsvorm wordt omgezet naar een voltooid deelwoord. Voeg het hulpwerkwoord zijn of worden toe aan je zin.
Het lijdend voorwerp wordt het onderwerp. (Plaats: voor of achter de pv.)
Het onderwerp wordt een door-bepaling. (Voeg het woord 'door' toe.)