Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
psychotische stoornissen - Coggle Diagram
psychotische stoornissen
toestandsbeeld met stoornissen in het denken, waarnemen en het handelen. toestandsbeeld met een verstoorde realiteitsbeleving en verstoorde informatieverwerking
behandeling
farmacotherapie : metaboolsyndroom opvolgen
- antipsychotica
- lithiumzouten
- stemmingsstabilisatoren
- antidepressiva
-
-
-
-
symptomen
positieve symptomen: voegen iets toe aan het normale functioneren
- wanen: overtuigingen en gedachten waar men rotsvast van overtuigd is en niet overeenkomen met de werkelijkheid, magneetgedachte ( getrokken naar 1 soort interpretatie
- paranoïde wanen
- grootheidswanen
- betrekkingswanen
- beïnvloedingswanen
- erotomane wanen
- jaloersheidswanen
- somatische wanen
- desorganisatie- formele denkstoornissen
- onsamenhangende losse gedachten, uit zich in een woordenstroom
- chaotisch handelen
- van de hak op de tak springen
- filter ontbreekt, dus incoherentie en overprikkelen
- niet meer goed organiseren en uitvoeren van dagdagelijkse handelingen
- soms ook spraakarmoede of mutisme
- hallucinaties: zintuigelijke waarnemingen zonder dat er een externe prikkel is
- auditieve of akoestische hallucinaties
- visuele hallucinaties
- haptische hallucinaties ( tast)
- gustatoire hallucinaties
- olfactoire hallucinaties
negatieve symptomen: het verminderen of wegvallen van het normaal functioneren 1. denksstoornissen
- agnogsognosie (ziekte niet kennen, geen ziekteinzicht)
- cognitieve stoornissen
a) concentratiestoornissen
b) moeite met abstractie
c) geheugen- en inprentingsstoornissen ( desoriëntatie in tijd en ruimte)
d) problemen met planning en probleemoplossend vermogen
- gevoelsstoornissen
a) affectvervlakking
b) anhedonie
c) angst
d) depressieve symptomen
e) schuldgevoelens
f) manische symptomen
g) impulsiviteit en agitatie
- gedragsstoornissen
a) initiatiefverlies en apathie
b) zich meer afzonderen/ isolement
c) verminderde motorische activiteit
d) bizarre handelingen
e) chaotisch handelen
- katatonie: remming en vertraging van de motorische activiteit tot zelfs stupor
verloop Shizofrenie
acute episodes met een sterk verstoord realiteitsbesef met tussenin restsymptomen die bestaan uit een vermindering van het cognitieve, emotionele en sociaal functioneren.
- de premorbide fase: valt samen met de kindertijd
- de prodromale fase: een periode van geleidelijke achteruitgang vooraleer de acute symptomen optreden
- de progressieve fase: de eerste acute psychotische opstoten (positieve symptomen) tussen episodes een restperiode met restsymptomen.
- de stabiele fase: stabilisatie met minder relapses, blijvend last van negatieve symptomen
restsymptomen:
- controleverlies over het eigen denken
- functionele cognitieve stoornissen ( concentratie, inprenting, chaotisch denken)
- emotionele afvlakking
- problemen met de sociale interacties
- depressieve klachten
- angst
- agitatie
- sociaal isolement
- verlies van zowel dagdagelijkse vaardigheden als complexe vaardigheden
-
fasen van herstel
- overweldiging -> symptoomherstel of klinische herstel
- worstelen -> rouwverwerking
- leven met de aandoening -> persoonlijk herstel
- leven voorbij de aandoening -> maatschappelijk herstel
- wanhoop en hulpeloosheid overwinnen
- leren anticiperen op stessoren en symptomen
- de controle en regie over eigen leven herwinnen
- de eigen verantwoordelijkheid terug op nemen
- de eigenwaarde doen toenemen
-
verpleegkundige doelen
- contact maken ifv het opbouwen van een vertrouwensrelatie (assertieve en outreachende houding)
- dag-nacht ritme herstellen
- risico op geweld t.a.v. zichzelf of anderen voorkomen ( prikkels beperken, tijd en ruimte om te ventileren, erkenning geven , kalmte uitstralen)
- omgaan met en bespreekbaar maken van hallucinaties ( accepterende houding )
- omgaan me en bespreekbaar maken van wanen ( vermijd discussie en ontkenning, help emoties verwoorden, accepterende houding)
- omgaan met stess, copingstrategiën
- verbeteren compliance, hervalpreventie ( niet enkel gericht op kennis overdracht, ook stress en symptoommanagement
-> non compliance tgv: gebrek aan ziekte inzicht, bijwerkingen medicatie, achterdocht, ineffectieve coping
- rouw en verliesverwerking ( ventileren, herkennen, normaliseren en ontschuldigen, familie niet vergeten)