Please enable JavaScript.

Coggle requires JavaScript to display documents.

Ontwikkelingspsychologie II - Coggle Diagram

- - - - Pesten: Machtsmisbruikt (imbalans)
        Stabiliteit: neemt vaak af over tijd, vooral agressie
        Type: het meest is relationeel, maar jongens zijn ook nog wel fysiek
    - - Hostile attribution bias
        
        Wens sociale dominantie: zijn populairder, maar niet geliefd
        
        Psychologische problemen
        
        Gebrek aan empathie
    - - buiten de norm
        
        provocatief / onderdanig
        
        weinig vrienden (beschermende factor)
        
        self-blame
        
        hypoactieve dopamine
        
        DNA methylatie
        
        Cortisol dysregulatie
        
        Academische problemen
        
        Gezondheidsproblemen
  - - - Curriculum interventies: X
        
        School-breed: meeste studies hadden positieve effecten
        
        Sociale training: niet echt
        
        Social workers toename: X
  - - - Effectiviteit van KiVa met en zonder supportgroep: op de korte termijn verbetering, maar die zet niet door
  - - - Positieve resultaten, maar het minst heftige effect voor afname in pestgedrag en frequentie van victimizatie. Hoge heterogeniteit.
- - - - ALLEEN MILDE
        
        Prestatie SBK
        Moeilijk, maar positief/neutraal
        
        Socio-emotie SBK
        Geen conclusies
        
        Prestatie non-SBK
        Gemixt: aandacht+, academisch-(?)
        
        Socio-emotie non-SBK
        Geen onderzoek: postievere houding maar nog steeds netto negatief
  - - - Sociaal functioneren studenten met LP
        
        Sociale vaardigheden: slechter
        
        Zelf-concept: accuraat over academica en intellect en is sociaal niets over te zeggen
        
        Vriendschap: minder positieve vriendschappen, maar niet vriendenloos
  - - - Zelf-rapportage:
        
        Meiden minder geaccepteerd
        
        Type SBK maakt niet uit
        
        Hulpleerkracht negatief effect
        
        Houding van studenten was beïnvloed door overeenkomst in sekse en voor jongens mening v/d klas
        
        Directe relatie houding & acceptatie
  - - - Effectieve moderators:
        
        Land (Noord-Amerika +)
        
        Implementatie (interventie +)
        
        Type (milde SBK +)
        
        Leeftijd (jonger +)
        Kleine effectgrootte
- - - - Termen
        
        Global avoidance effect
        
        Anxiety-complexity effect
        
        Split-effect
        
        Flawed scores
        
        Numerical size effect
        
        Numerical distance effect
        
        Stereotype threat
      - Verklaringen voor MA
        
        Werkgeheugen
        
        Laag-niveau numerieke representaties
        
        Aandachtscontrole problemen
      - Ontstaan van MA
        
        Omgeving
        
        Genetische factoren
        
        Slecht in wiskunde
        
        Hoog WG capaciteit
        
        AB voor wiskunde
        
        Abnormale verwerking van fouten
  - - - Deficit Theory
      - Debilitating Anxiety Model
      - Reciprocal Theory
  - - - Het klopt dat mensen met een hoger WG slechter scoren onder druk in verhouding tot mensen met lage capaciteit.
        Verticale problemen hebben minder MA problemen omdat dit VSSP belast ipv verbaal onderdeel en stereotype threat is een verbale belasting --> minder MA.
  - - - Expressive writing verlaagt MA bij hoge druk.
- - - - Er is een verschil tussen actief (sociaal kapitaal, positieve effecten) en passief gebruik (jaloezie, slechte effecten). Geen effecten voor bonding maar wel bridging
  - - - Omgaan / info delen
        
        Cyberpesten: Ongegrond
        
        Interferentie sociaal leven:
        
        Kloof ouders: Ongegrond
        
        Digitaal archief: Onduidelijk
        
        Multitasken: Onduidelijk
        
        Slaapproblemen: Gegrond
  - - - Veel te kort en correlationeel maar ze vinden een postieve relatie tussen anxiety en tijd online waar ze heel veel redenen voor hebben. Het is self-report en we weten niet hoe ze sociale media gebruiken.
  - - - Conclusie: de negatieve effecten (als ze er zijn) zijn zo klein en alleen in het geval van de Goudlokje hypothese
- - - - Effect op prestatie: Positief
        Effect sociaal-emotionele ontwikkeling: Geen
        Moderators: Geen
  - - - HBK hebben lagere zelfwaarde en sociale acceptatie
        
        Creatievere kinderen hebben meer problemen en betere competentie / zelfvertrouwen
        
        Leraar genomineerde kinderen scoren overal goed
        
        Hoog presterende kinderen ook
        --> het probleem is als HBK niet erkend worden door leraren (creatieve HBK bijv.)
  - - - Een kind kan gifted zijn, maar dat maakt ze nog niet getalenteerd. Potentie moet omgezet worden in eminentie en dat spreekt niet voor zich; talent moet geïdentificeerd worden dan gepromoot:
        
        Verrijking
        
        Acceleratie
        
        Psychosociale training
        
        Selectieve instituties
  - - - Laag zelfvertrouwen na acceleratie heet t big-fish-little-pond effect. Hier was geen laag zelfvertrouwen maar op sociaal gebied hadden geacceleerde kinderen wel minder zelfvertrouwen. Sociale status is ook lager, beetje.