Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Zenuwstelsel
Hoofdstuk 13 - Coggle Diagram
Zenuwstelsel
Hoofdstuk 13
Paragraaf 2
-
Functies neuronen
Sensorische neuronen(met myelineschede): Ontvangen impulsen van zintuigcellen en voeren die naar het CZS.
-
-
Schakelneuronen(niet allemaal myelineschede): Neuron in het centraal zenuwstelsel dat impulsen van sensorische neuronen en andere neuronen uit het CZS doorschakelt.
Motorische neuronen: Neuron dat informatie van het CZS naar spieren of via de grensstreng naar klieren brengt.
Hebben korte, sterk vertakte dendrieten
-
-
-
Paragraaf 1
Indeling zenuwstelsel
-
:pencil2:
-
Perifere zenuwstelsel
Bestaat uit zenuwen, bundels uitlopers van neuronen die zintuigen verbinden met het CZS en het CZS met spieren en klieren.
-
-
Hersenschors
-
sensorische centra (binas 88C)
Primaire motorische schors: Deel van de motorische schors van waaruit een primaire actie naar de spieren gaat.
secundaire motorische schors: Bevat informatie over hoe de spieren hun bewegingen gecoördineerd kunnen uitvoeren.
Thalamus (Binas 88C)
Alcohol stimuleer de vorming van dopamine, een stof die boodschappen van neuronen doorgeeft. Dat veroorzaakt het ontspannen gevoel als je alcohol drinkt.
Alle informatie uit je zintuigen, behalve de geurinformatie, gaat via de thalamus naar je hersenschors. Dit hersendeel selecteert welke impulsen van zintuigen naar de verschillende gebieden van de hersenschors gaan.
Hypothalamus (binas 88C)
De hypothalamus bevat de thermostaat voor het regelen van je lichaamstemperatuur (binas 87B) en je biologische klok.
-
-
Kleine hersenen
De kleine hersenen spelen vooral een rol in het coördineren van bewegingen. De coördinatie vindt plaats in nauwe samenwerking met de grote hersenen, de hersenstam en het ruggenmerg.
Zijn je kleine hersenen defect, dan beweeg je als iemand die te veel alcohol heeft gedronken.
Reflexen
-
De weg die de impulsen bij de kniepeesreflex afleggen (zintuigcellen → sensorische neuronen → schakelneuronen → motorische neuronen → spier- of kliercellen) heet een reflexboog
Ruggenmerg
De hersenstam gaat over in het ruggenmerg, dat de hersenen met het perifere zenuwstelsel verbindt. (binas 88J)
-
Buiten het ruggenmerg liggen aan beide zijden de grensstrengen met hun eigen zenuwknopen ofwel ganglia (binas 88J en L).
Hersenstam
De hersenstam bestaat uit de middenhersenen, de pons en het verlengde merg (Binas 88C1).
De pons verbindt grote en kleine hersenen en is een tussenstation tussen het evenwichtszintuig in je middenoor en de kleine hersenen.
-
-
Op de zwervende zenuw na bevinden alle twaalf paar hersenzenuwen zich binnen het gebied van het hoofd of de hals (binas 88L)
De zwervende zenuw maakt onder andere verbindingen met verteringsklieren, hart en longen.