Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Het ruggenmerg (medulla spinalis)
ligt in het wervelkanaal, begint bij…
Het ruggenmerg (medulla spinalis)
ligt in het wervelkanaal, begint bij het grote achterhoofdsgat (foramen magnum) en eindigt bij de 1e of 2e lendenwervel.
-
Delen van het ruggenmerg zijn (van binnen naar buiten) centrale kanaal, grijze stof en witte stof. Het centrale kanaal (canalis centralis):
-
-
-
-
De impulsgeleidingen verlopen langs drie vaste routes: efferente routes, afferente routes en horizontale routes.
reflex
-
is de plaats in het CZS waar de overschakeling van sensorische naar motorische informatie plaatsvindt. De hersenstam en het ruggenmerg zijn de belangrijkste reflexcentra.
-
o regelen de reflexen van het hoofdgebied en de vegetatieve organen (via de N. vagus) (voorbeelden: braakreflex, slikreflex, traanreflex).
-
o verzorgen de reflexen van de romp en extremiteiten (voorbeelden: terugtrekreflex, spierspoelreflex, mictiereflex).
Een reflex is een onmiddellijke, automatische motorische reactie van het lichaam op een prikkel (sensorische verandering), zonder of voordat men zich bewust is van de prikkel.
-
bescherming tegen gevaren uit de buitenwereld, bijvoorbeeld terugtrekreflex;
-
-
zijn vanaf de geboorte aanwezig (zuigreflex, grijpreflex); de reflexbogen verlopen via hersenstam of ruggenmerg. Voorwaardelijke reflexen zijn aangeleerd; de reflexbogen verlopen via de hersenschors.
hersenvocht
Liquor wordt in de plexus choroideus uit bloed gevormd. De plexus bevinden zich in de bodem van de zijventrikels, in het dak van het derde ventrikel en op de achterwand van het vierde ventrikel. Door gespecialiseerd endotheel en de werking van ependymcellen (gliacellen) vormen de plexus een selectief filterende laag, de bloed-hersenbarrière. Deze houdt de samenstelling van liquor gezond en constant. Per dag wordt 500 ml liquor gevormd.
-
-
-
-
-
-
-
doorbloeding
-
De hersenen hebben een zuurstofverbruik van 60 ml/minuut. Er stroomt ongeveer 750 ml bloed per minuut naar de hersenen. Bloedaanvoer vindt plaats via 2 inwendige halsslagaders en 2 wervelslagaders.
De kleine arteriën en arteriolen bevinden zich in het zachte vlies en vormen een zeer dicht vatennetwerk. De capillairnetwerken dringen het hersenweefsel binnen.
Ook de venulen en venen die het veneuze bloed afvoeren bevinden zich in het zachte vlies. Ze monden uit in de durasinus van dura mater. Bij de schedelbasis stroomt het veneuze bloed in de linker en rechter inwendige halsader die rechtstreeks in bovenste holle ader uitmondt.