Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Hoofdstuk 12 kiesstelsels - Coggle Diagram
Hoofdstuk 12 kiesstelsels
inleiding
3 componenten
hoe stem uitbrengen -> stemformulieren, ballot structure
electoral formula: hoe stem uitbrengen, stemverdeling
district magnitude: kiesdkring grootte
3 basistypes: meerderheidssysteem, proportioneel systeem, gemengde systemen
meerderheisstelsel
soorten meerderheid
absolute meerderheid: 50% +1
relatieve meerderheid/plurality: meeste stemmen
aantal zetels per kieskring
uninominaal= eennamig
relatieve meerderheid -> FPTP (first past the post)
1 volksvertegenwoordiger /kiekring
safe seat: grote voorsprong
marginal seat: verschil tussen kandidaten heel klein
grote disproportionaliteit: vaak 1 partij aan de macht, geen absolute zetelmeerderheid= hung parliament
electorale geografie = grote invloed op uitkomst verkiezingen => gerrymandering: kiekringen ontwerpen in jouw voordeel => partij meerderheid stemmen maar niet meerderheid zetels
verenigd koninkrijk, USA
absolute meerderheid-> tweerondestelsel
frankrijk
1ste rond: absolute meerderheid & 25% ingeschreven kiezers halen
2e ronde: ballotage, meer dan 12,5% halen = relatieve meerderheid
triangulaires: zeldzaam, 2e ronde met 3 kandidaten
zuiver: 2e ronde met 2 kanidaten
plurinominaal (meernamig) -> block vote system of party block system NK
pro-contra
pro: eenvoudig, kiezer beslist, geen verbrokkeling, duidelijk
contra: kleinere partijen geen kans, extreem disproportioneel, legitimiteit, minderheidsgroepen & vrouwen minder kans, manipuleren -> gerrymandering
proportioneel stelsel
list proportional system: meerdere zetels/kiekring, keuze tussen verschillende lijste
soorten lijsten
gesloten: obv volgorde
open: zetels obv voorkeurstemmen
flexibele ( Belgie): voorkeurstemmen of akkord met volgorde
mate proportionaliteit
electorale formules
Imperiali: grote partijen bevoordeeld, verminderd proportionaliteit: delen door 1 1,5 2 2,5... of delen door 2,3,4 vooral bij gemeenteraadsverkiezingen
d'hondt: delen door 1,2,3... , van groot naar klein zetels verdelen
grootte kieskringen: minder zetels=minder proportioneel
effective kiesdrempel: aantal zetels bep hoogt effectivie drempel
formele kiesdrempel: zelf gekozen , nl= laag: o,67
pro-contra
pro: representatiever (parlement=microkosmos), minderheden hebben kans, bewegingsvrijheid, grotere kans op coalities =>meerderheid vertegenwoordigd
contra: compromis en accountability mindere mate, fragmentering=> moeizamere compromisvorming, particratie, lossere band kiezer- gekozene
gemengde stelsels
combinatie prop en meerderheid
2 stemmen: wie in parlemetn & verhoudingen tussen partijen
proportie stemmen = aantal zetels in parlement
meerderheid in kieskring = wie zeteld
ingewikkeld
Kiesstelsels en partijsystemen
wet van duverger
prop systeem => meerpartijensysteem
meerderheidsstelsels => tweepartijensysteem !behalve tweerondesysteem!
redenen
mechanische factor: kleine partijen minder kans -> mathematisch moeilijk
psychologische factor: strategisch stemmen
geschiedenis van de belgische kiesstelsels
cijnkiesrecht 1831-1893
alleen elite meedoen en stemmen -> 1% bevolking
verkiesbaarheidscijns betalen
uitbreiding naar intelectuele capaciteiten: 1883
invoering lijststem
1848 cijns goedkoper gemaakt
Algemeen meervoudig stemrecht (Mannen) 1893-1921
1 of 2 stemmen obv bekwaamdheid
stemplicht
meerderheidsprincipe -> eenpartijregering -> proportioneel stelstel (1899)
Algemeen enkelvoudig stemrecht (mannen) 1921-1948
iedereen 1 stem
stijging pop soc & katholieken
coalitie regering
AES vrouwen 1948
quota = meer vrouwen in parlement -> 50/50 op de lijsten + rits
toevoeging vrouwen => stijging pop conservatieven
hervormingen 1980 en 1990
minimum leeftijd
afschaffing dubbel mandaat
meerdere voorkeursstemmen binnen 1 lijst
stemrecht alle EU-burgers
invoering provinciale kieskring
afschaffing complex onvoorspelbaar systeem
formele 5% drempel
halvering overdracht lijststemmen
vlinderakkoord
3 apparte kiekringen
wijziging verkiezingskalender
betere stemrechten belgen buitenland
kandidaat moet laatst verkozen mandaat overnemen
de verkiezingen van de kamer van volksvertegenwoordigers
de kieskringen
150zetels, 11 kieskringen
bevolkingsaantal kieskring delen door nationale deler (bevolking/ zetels)
saldo (achter de komma) x nationale deler => grootste rest verdelen over overige zetels
optellen
drempel verschilt van kring tot kring
minderjarigen en vreemdelingen in bevolkingscijfer meegerekend maar mogen niet stemmen naar wie de zetels gaan
verdeling vd zetels over de partijen
blanco, ongeldig of elektronisch
ingeschreven stemmen - blanco = geldige stemmen
geldige /100 x5= kiesdrempel aantal stemmen
partijen die kiesdrempel halen w verdeeld via d'hondt
aanwijzing vd gekozen titularissen en de opvolgers
pot berekenen: (lijsstemmen+ Voorkeursstemmen)/2
zetels toekennen aan wie verkiesbaarheidscijfer haalt
pot verdelen volgens lijst
overige zetels verdelen wie meeste stemmen haalt
Aanwijzing volgorde: zelfde maar andere pot
opkomstplicht, blanco en ongeldige stemmen
opkomstplichht geen stemplicht
gedoogbeleid: geldboete of vervolging
blanco -> thuisblijven/niet participeren
pro-contra
pro
hogere opkomst => goedkoper voor politici
beter geinformeerde burger
symboliek democratie
prospiegel => lagere sociale klassen
contra
asocialer
nergens plicht behalve belgie en co
vrijheid
goeie opkomst => politici meer hun best doen
de verkiezingen van de deelparlementen
Vlaams parlement: 118 vl & 6 Br, 5% kiesdrempel
waalse parlement: 75 leden, volgens provinciale appartenering, effectieve drempel hoger dan formele drempelbesluitvorming federale verkiezingen complexer dan in vlaandern
brussels hoofdstedelijk parlement: afzonderlijke lijsten per taal, eed => taal
lokale verkiezingen
inwonersaantal => aantal zetels
imperiali: grote partijen, stabiliteit, makkelijker absolute zetelmeerderheid zonder meerderheid stemmen
lijststem /3: pot snel op, grote deel op voorkeursstemmen -> volgorde lijst niet nuttig
Europese verkiezingen
degressieve proportionaliteit