Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Hoofdstuk 2: Neurologische basiskennis, Buitenwereld: externe informatie,…
Hoofdstuk 2: Neurologische basiskennis
Anatomische indeling
Centrale zenuwstelsel - CZS
HERSENEN
kleine hersenen
Grote hersenen
tussenhersenen
hersenstam
RUGGENMERG
Perifere zenuwstelsel - PZS
Afferente zenuwvezels
Aanvoerend, sensorisch
vanuit de receptoren
Efferente zenuwvezels
Uitvoerend, motorisch
informartie verstuurd naar de effectoren
Hersenen
Gemengd motorisch of sensorisch
Fysiologische indeling
willekeurig perifeer zenuwstelsel
sensorisch
Bewuste waarneming in de hersenen
Motorisch
Willekeurig
Onwillekeurig zenuwstelsel
Sympatische stelsel
Stimuleren activitiet van een orgaan
Parasympatische stelsel
Remmen activiteit van orgaan af.
Ortho-sympatisch zenuwstelsel
Actief
Toename van de hartactivitiet
Toename van de spieractiviteit
REMMING van de spijsvertering
Parasympatisch zenuwstelsel
rust en ontspanning
passief
Afname van de spieractivitiet
Afname van de hartactiviteit
STIMULATIE van de spijsvertering
Sensorisch en motorisch gedeelte van onwillekeurig zenuwstelsel
aanvoer van prikkels uit inwendige organen
Geen bewuste waarneming
Motorisch
afvoer van prikkels van centraal zenuwstelsel naar inwendige organen.
onwillekeurige werking, niet onder controle van eigen wil.
Sensorisch
Besluit
Scheiding tussen willekeurig en onwillekeurig is niet makkelijk te trekken.
Bvb hartritme = onwillekeurig, toch onder hypnose makkelijk te versnellen.
centraal/ perifeer en willekeurig/ onwillekeurig lopen door elkaar heen.
3 basisfuncties
integratieve
integreren van sensorische informatie door analyseren, combineren en gedeeltes te bewaren.
nemen van geschikte, gepaste beslissingen bij een situatie
motorische
beslissing uitvoeren door sturen van prikkels naar de effectoren(spieren en klieren), integratie van informatie in de hersenen of het ruggenmerg, dan gepaste motorische respons.
Respons = contractie van de skeletspieren: gewilde bewegingen.
Of contract van de gladde spieren in organen of tot secretie (uitscheiding) van verteringssappen, hormonen van een klier in de organen.
Efferente
Sensorische functie
detecteren van prikkels uit de omgevingen of vanuit het lichaam via de receptoren op de huis, in de neus, .... ook in het inwendig lichaam.
sturen van die prikkels
vervoeren prikkels naar het ruggemerg en de hersenen.
afferente
Zenuwstelsel
stofwisseling, groei, samenstelling lichaamsvloeistoffen, rijping, voortplanting, gedrag
samen met hormonenstelsel
Bewustzijn, nadenken, stemmingen, geheugen
Lymbisch systeem
Reflexmatige bewegingen
Ruggenmerg
Doelgerichte bewegingen
Grote hersenen
Coördinatie van bewegingen
Kleine hersenen
reageren op zien, horen, voelen, proeven, ruiken + reageren op prikkels van de ingewanden, anticipatie op positie van ledematen
zien, horen, voelen, proeven, ruiken + gewaarwording van spanning in pezen en spieren, gewaarwording van positie van ledematen
Buitenwereld: externe informatie
lichaam: interne informatie