Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
De student kan de rol van stress en coping een casus herkennen en hierover…
De student kan de rol van stress en coping een casus herkennen en hierover advies en psychologische educatie geven aan een cliënt
Stress = ontstaat als de externe druk zo hoog is dat de grens van je persoonlijke aanpassingsvermogen wordt overstreden.
-
-
Stress als reactie
- Biologische aspecten fysieke stress = (Walter Canon) homeostase = evenwicht bewaren --> als je het koud hebt doe je een trui aan, om het warm te krijgen.
Acutte stress = fight/flight reactie --> nu + freeze = op je hoede zijn, moet ik er wat mee --> vluchten. of vechten.
--> helpt fight or fight niet dan = fright-reactie --> "Toning immobility", doen als of je dood bent (vooral direren, ook mensen met stress)
- Fysiologische reacties stress
-
- Alarm-reactie = hartslag, bloeddruk en arousal omhoog (staat van alertheid/opwinding). Lichaam in stand voor actie --> aanmaak adrenaline. Lichaam in balans door stressor aan te pakken
- Weerstand stadium = stressor is nog niet afgenomen, ondanks pogingen tot stoppen. Omzetten lichamelijker servers om om te gaan met stressor. Lagere arousal, nog steeds hoger dan normaal. Inzetten alle energie. Cortisol aanmaken = vetten en suikers omgezet in energie. Cortisol zet immuunsysteem onderdruk = alles in gezet voor stress.
-
- Uitputtingsstadium = niet gelukt om stress aan te pakken in weerstandstadium. Al reserves uitgeput = oververmoeid, overspannen (burn-out). --> cumalatieve factor één stressor erbij kan te veel zijn --> allostatic bad
-
-
Gevolgen van stress
-
Onderbelasting = verveling, lagere motivatie, hoog verzuim, desinteresse/apathie
Optimale prestaties = hoge motivatie, veel energie, scherpe percepties, kalmte
Overbelasting = slapeloosheid, prikkelbaarheid, veel fouten en besluiteloosheid
Psychologische stress kan veranderingen veroorzaken in fysiologische reacties met arousal van het sympathisch zenuwstelsel
Verband ziekte en stress
-
-
- Sociale aspecten stress = sociale omgeving kan stress veroorzaken --> laagopgeleide mensen bijna geen kennis wat te doen met stress --> veel stress
-
- Psychologische aspecten = waarom zorgt een stressor soms wel en soms niet voor stress? --> cognities, emoties, persoonlijkheid en sociale omgeving spelen een rol
- Cognitieve aspecten stress = gedachte over stressvolle gebeurtenis
Coping = cognitie, emotie of gedrag. Dynamisch proces --> kijken op bepaalde manier = wel/niet omgaan stressor
Functies van coping = effect schadelijke gebeurtenissen verminderen / aanpassen negatieve gebeurtenis / behouden positief zelfbeeld / emotioneel evenwicht / behouden relatie omgeving --> Adaptieve coping
-
-
- Emotiegericht (hoe moet ik met de emotie omgaan die stress veroorzaakt?)
- Aandachtgevende/ actieve benadering
- Vermijdende/passieve benadering
Cogntieve processen, Lazarus's Transactioneel model of stress
3 soorten stress = stressoren die schade aanrichten (iets mee doen), bedreiging vormen (iets mee doen) of uitdaging vormen.
-
-
-
-
-
Toekomstige verwachting mbt verandering situatie (zelf denken situatie verandert is geen coping inzetten) --> afstand ontwenningsreactie op stress
-
-
-
-
Onduidelijk --> persoonlijke rol, potentieel risico, ongewenste gebeurtenissen = geen cognitieve/gedragsmatige controle --> grote levensgebeurtenissen
Stress ontstaat zo
Trigger (externe gebeurtenis) --> cognitieve reactie (gedachte) --> gedrag / fysieke reactie of emoties
-
-