Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Scheikunde Melle - Coggle Diagram
Scheikunde Melle
P2 Periodiek Systeem
-
-
-
-
-
-
synthetische element
De elementen met een atoomnummer groter dan uranium, met atoomnummer 92
-
-
P1 atoommodel
atoommodel van Bohr
Dit is een model waarbij het atoom opgebouwd uit een kern met daarin positief geladen protonen en ongeladen neutronen.
-
-
-
-
-
-
-
-
H2
P3
Bij een mengsel moet je vaak de hoeveelheid van een bestandsdeel of component bereken. Di hoeveelheid noem je een gehalte. Meestal geef je een gehalte weer in verschillend eenheden. om een gehalte weer te geven heb je de hoeveelheid van de component nodig en de hoeveelheid van het totale mengsel. Bij vloeistoffen word het aangegeven in milliliter van het component en per liter van het het mengsel. En met vaste stoffen in gram van het component en per kilogram van het mengsel. Vaak wordt het gehalte uitgedrukt in het massapercentage en het volumepercentage. Voor kleine hoeveelheden van een stof in een mengsel kun je in plaats van percentage promillage gebruiken, het duizendste deel. Heb je met hele kleine hoeveelheden te maken gebruik je ppm of ppb. Ppm is voor het aantal deeltjes per miljoen en ppb is voor het aantal deeltjes per miljard. Om de gezondheid van mensen te beschermen zijn er voor stoffen grenswaarden ingevoerd. Deze grenswaarden heten TGG-waarden. De TGG-waarde geeft aan hoeveel milligram van een stof maximaal in kubieke meter lucht mag voorkomen zonder dat het ongezond word.
Zo bereken je het massapercentage en het volumepercentage.
P4
Uit de reactie vergelijking kun je de mol verhouding afleiden waarin de stoffen reageren en ontstaan. Door het aantal mol om te rekenen in het aantal gram of het aantal liter kun je precies bereken welke hoeveelheden nodig zijn. Het is handig om hier een stappenplan te gebruiken. Als je bij een reactie de beginstoffen niet in de juiste verhouding hebt, verloopt de reactie net zolang totdat een van de beginstoffen op is. Je houdt dan een bepaalde hoeveelheid van de andere beginstof over. Dit heet overmaat. Bij rekenen van reacties kan je ook het stappenplan volgen.
Het stappenplan
-
Stap 2 Ga na van welke stof de massa of het volume is gegeven en van welke stof de mass of het volume wordt gevraagd
Stap 3 Bepaal uit de coëfciënten de molverhoudìng tussen de gegeven en de gevraagde stof. Eventueel kun je deze vereenvoudigen (2 : 4 wordt 1 : 2).
-
Stap 5 Maak een omzettingstabel. In deze tabel noteer je van elke stof de beginhoeveelheid (in mol). Vervolgens schrijf je eronder wat er bij de reactie verdwijnt of ontstaat; hiervoor gebruik je de molverhoudíng. Tot slot noteer je de hoeveelheid van de stoffen na de reactie.
-
-
P2
Van elke stof is 1 mol hetzelfde als 6,02x10 23 deeltjes. De massa van 1 mol is wel anders voor elke stof. Afhankelijk van elke stof is er een verband tussen de chemische hoeveelheid en de massa, dit heet de molaire massa. De molaire massa van een stof is de massa in gram van 1 mol stof. M is het symbool van de molaire massa. De molaire massa kun je bepalen door de molecuulmassa te berekenen en de eenheid u te veranderen in in g mol -1.
Zo kan je rekenen van mol naar gram
P1
Je gebruikt bij scheikunde de grootheden massa en volume. Het kan ook in aantallen, dat is dan in atomen en moleculen. Het symbool voor het aantal deeltjes is N. Je berekent het aantal deeltjes met de formule: N(X) = m : m(X). m = de massa in gram van stof X. m(X) = de massa in gram van 1 deeltje X. N(X) = het aantal deeltjes X. De hoeveelheid van een stof uitgedrukt in deeltjes heet de chemische hoeveelheid. De eenheid van dat is mol. Het is makkelijk om daar mee te rekenen. Het aantal 6,02x10 23 is gelijk aan 1 mol. 1 mol van elke stof bevat dit aan deeltjes. 1 mol is dus aan standaard hoeveelheid deeltjes. De chemische hoeveelheid geef je weer als het symbool n. 1 mol water schrijf je op als n(H2O)
Zo kan je het aantal deeltjes omrekenen naar mol en anderson
P4 Significante cijfers
-
Significante cijfers
Significante cijfers zijn cijfers die ertoe doen, ook wel betekenisvolle cijfers.
-
-
-
-