9.2 De SU een communistische heilstaat?
voor de Sovjet-Unie
laatste tsaar: Nicolaas II
1917: februari-revolutie
voorlopige regering
geen succes WO I
hervormingen uitgesteld
nog steeds honger
ontevreden burgers
oktoberrevolutie
gesteund door bolsjewieken (radicale communisten)
volksvertegenwoordigers naar huis gestuurd: staatsgreep
leider: Lenin
brood, grond, vrede
geweld tegen tegenstanders
Communistische Partij
steeds meer macht
terreur (geweld van overheid tegen willekeurige mensen)
geheime politie
mensen durven geen kritiek te uiten
indoctrinatie (lang op mensen inpraten tot ze iets geloven)
door propaganda
massaorganisatie
totalitaire dictatuur (eenpartijstaat waarvan overheid samenleving wil controleren)
economie
stort in
burgeroorlog
gevolg: vrede met Duitsland
boeren moeten groot deel afstaan
boeren weigeren te werken
hongersnood
Lenin matigt communisme
NEP (Nieuwe Economische Politiek)
opvolger: Stalin
planeconomie
doel: industriële samenleving
collectivisatie landbouw
werkte niet: hongersnood
vooral tegen boeren
concentratiekampen
Stalin vermoordt legertop
liberalen grijpen de macht