Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Bloedpunctie (intravasculaire zorgen) - Coggle Diagram
Bloedpunctie (intravasculaire zorgen)
.
Samenstelling bloed en bloedonderzoeken
Pré-analystische fase
juiste selectie bloedbuisjes (kleurcode)
aanvraagpapier nakijken
juiste voorbereiding PT (bv.nuchter)
bloed correct afnemen
bloedstalen met aanvraagformulier naar labo brengen
Analyse
gebeurt in het labo
Verplichte taken
Bloed bestaat uit 2 delen
plasma (55%) - vloeistof
strogele kleur - hoofdzakelijk water (95%) - opgeloste eiwitten (7%) ) andere opgeloste stoffen (1.5%) (suikers, vetstoffen, cholesterol)
transport afbraakprod., voedingsstof. en koolzuur
Cellulaire elementen 45% -vast
Erythrocyten (RBC) -> O2
man = +/- 5.000.000/mm3, vrouw = +/- 4.500.00/mm3
Leukocyten (WBC) -> immuniteit
5.000 - 9.000/mm3
Thrombocyten (BP) -> bloedstolling
150.000 - 400.000/mm3
Bloedonderzoeken
hematologische onderzoeken
Hemoglobine (Hb) = eiwithoudende rode kleurstof die een essentieel bestanddeel is bvan de RBC.
bindt aan O2 (transport ook CO2 afgifte)
verschillen kunnen waargenomen door geslacht, leeftijd, klimaat,..
achtergrond en verdieping
Hematocriet (ht) = verhouding van het volume BC tot het totale bloedvolume in %
normaal waarde: 45% (is verhoogd)
berekening ht: vol. BC/ totaal BV x 100
MCV = gem. vol. erythrocyten
MCH = hoeveelheid hemoglobine in gewicht in erythrocyt
MCHC (mean corpusculair hemoglobine concentration) = % hb van de erythrocyt
Wanneer MCV-MCH-MCHC verlaagd zijn = ferriprieve anemie
Wanneer MCV- MCH - MCHC verhoogd zijn = vit. B12 of foliumzuur tekort = megaloblastaire anemie
Wanneer MCV - MCH - MCHC normaal zijn = acuut bloedverlies of hemolyse aan de basis
Leukocytaire formule = het aantal WBC van elke soort op 100 WBC:
granulocyten:
-> neutrofiele granulocyten50 - 70%
-> eosinofielen granulocyten 1-3%
-> basofiele granulocyten 0-1%
lymfocyten 20 - 30%
monocyten 5 - 10%
"complpet" = #RBC, WBC, thrombocyten, hb en ht bepalen
Sedimentatiesnelheid = bezinkingssnelheid waarmee de RBC bezinken onder invloed van de zwaartekracht
KH of suikers
glycemie = bepaling van de totale hoeveelheid suiker in het bloed (kan nuchter, post-pranduaal)
Proteïnen of eiwitten - electroforese - enzymes
enzyme = eiwit dat een bepaalde reactie versnelt, vertraagd, start of stopt (katalysator)
bepaling van het totale eiwitgehalte is belangrijk bij het opsporen van o.a; chronische infecties, malabsorptie, lever- en nieraandoeningen
stikstofmetabolisme en nierfunctie
ureum = afvalproduct van AZ (verhoogde waarde -> verhoogde afbraak van lichaamseiwitten (infecties, operaties,..)
creatinine en clearance = het # ml bloed dat/min gezuiverd wordt van creatinine (140 à 180 ml/min
electrolyten
voor bepaling electrolyten = ionogram
belangrijkste: Ca++, Mg++, Na++, K+, Cl- en HCO3- en PO43
Na = aanwezigheid zout (hyponatriëmie -> verwardheid) ,
K = belangrijk voor hartritme (5 mmol/l) -> <3.5 of >5 = levensbedreigend
Fosfaat (PO43) = levensbelang, maakt deel uit van DNA
lipiden of vetten
fosfolipiden (celmembranen)
cholesterol (celmembranen, bloed, LDL -> goed, HDL -> slecht
triglyceriden (eetbare vetten en oliën)
steroïden (in hormonen en GM)
eicosanoïden (prostaglandinen
stollingstesten
PTT (protrombinetijd of Quicktijd)
gebruikt bij PT onder behandeling van orale coumarine-anticoagulatia o;w;v; kunstklep, VKF,..
geeft een idee over het totale hoeveelheid trombine in het bloed
NW: 70 - 130%
APTT (geactiveerde partiële tromboplastine tijd)
meet het intrinsiek stollingssysteem
NW: 25 - 45 seconden
bij PT die onder heparine staan/derivaten staan
andere: International normalized ratio (INR), Trombinetijd, fibrinogeen, D-dimeer
Immunohematologie
directe en indirecte Coombs
indirecte coombs = kijken of een PT anti D gammaglobulines heeft. neemt bloed, voegt er Rh + RBC bij en Coombsserum. Als agglutinatie optreedt is de test + wat bewijst dat de PT AS heeft.
directe coombs = gebeurt op navelstreng bloed, meteen na geboorte. Men voegt bij dit bloed Coombsserum toe. Als agglutinatie ontstaat is de test + wat bewijst dat op de Rh + RBC van het kind AS zitten van moeder
test om AS op te sporen tegen RH-factor
Serologische testen
CRP (= C reactieve proteïne), om ontstekingenen infecties op te sporen
hemocultuur
doel: gram- en gram+ kokken opsporen
indicaties: PT met kentekens van besmetting, infectie, vermoeden hiervan, koortsopstoten boven 38(.5)°C, langdurige onverklaarbare koortstoestand
telkens 3 hemoculteren afnemen -> interval van 30 min
materiaal: bouillonflessen voor aerobe en anaerobe micro-organismen.
op basis van de hemoculturen kan het labo een antibiogram opstellen. Hierin wordt beschreven welke kiem er zich in er bloed bevindt en wordt vermeld voor welke AB die specifieke kiem gevoelig is en voor welke hij reistent is.
Aanvraagformulier labo
om labotesten aan te vragen heb je en aanvraagformulier van de betreffende instelling met bijhorende legende nodig.
ingevuld volgens procedure? = onderzoeken aangekruist, datum/uur, klinische gegevens, RIZIV nummer, handtekening arts
besluit labotesten
NW variëren volgens: leeftijd, geslacht, doorgemaakte ziekten, voedingstoestand, med. en gebruikte methoden bij onderzoek