Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Biologie Mindmap P3 - Coggle Diagram
Biologie Mindmap P3
13.1 Het centrale zenuwstelsel
hypothalamus
Hypothalamus
Onderdeel van de grote hersenen, betrokken bij de homeostase; stuurt onder andere de hypofyse aan.
Hemeostase
Het zo constant mogelijk houden van het interne milieu
Thermostaat
Onderdeel van de hypothalamus, regelt de lichaamstemperatuur
Biologische klok
Onderdeel van de hypothalamus, regelt je natuurlijke dag-nacht-ritme.
Kleine hersenen
Kleine hersenen
Coördineren de uitgaande informatie naar je spieren, zodat je bewegingen vloeiend en soepel verlopen
Coördineren van bewegingen
Thalamus
Thalamus
Via de thalamus gaat alle informatie vanuit je zintuigen, behalde de geurinformaite, naar je hersenschors. Het selecteert welke impulsen van zintuigen naar de verschillende gebieden van de hersenschors gaan.
Dopamine
Een stof die boodschappen van neuronen doorgeeft en wordt gestimuleerd door alcohol.
Hersenschors
Sensorische centra
Het deel van de hersenschors waar de informatie vanuit zintuigen terechtkomt.
Primaire gehoorcentrum
In het primaire gehoorcentrum komen impulsen vanuit je gehoor binnen en vindt bewustwording plaats.
Bewustwording
Het waarnemen van een prikkel. Bijvoorbeeld het horen van geluid.
Secundaire gehoorcentrum
Door het geluid te koppelen aan geheugeninformatie in het secundaire gehoorcentrum, kun je het geluid interpreteren.
Interpreteren
Het herkennen van de prikkel.
Hersenstam
Hersenstam
De verbinding tussen de ruggenmerg en de rest van de hersenen
Middenhersenen
Onderdeel van de hersenstam, spelen onder andere een rol bij reflexen met betrekking tot het zien en het horen
Pons
Onderdeel van de hersenstam, verbindt grote en kleine hersenen en is een tussenstation tussen het evenwichtszintuig in je middenoor en de kleine hersenen
Verlengde merg
Onderdeel van de hersenstam waar de zenuwbanen (links-rechts) kruisen; bevat regelcentra voor vitale functies
Zwervende zenuw
Een van de hersenzenuwen, onderdeel van het parasympatisch zenuwstelsel, maakt verbinding met veteringklieren, hart en longen
Grote hersenen
Grote hersenen
De grote hersenen bestaan uit twee helften. Ze verwerken informatie afkomstig van de zintuigen.
Hersenbalk
De hersenbalk verbindt de twee helften van de grote hersenen
Hersenschors
Het grijze deel in de grote hersenen waar neuronen uit allerlei delen van de hersenen hun informatie aan elkaar doorgeven.
Ruggenmerg
Ruggenmerg
Verbindt de hersenen met de perifere zenuwstelsel
sensorische neuronen
Neuron dat informatie van zintuigen naar het centraal zenuwstelsel brengt
spinaal ganglion
Een verdikking in een sensorische zenuw, bevat de cellichamen van de neuronen
motorische neuronen
Neuron dat informatie van het centraal zenuwstelsel naar spieren of via grensstrengen naar klieren brengen
grensstrengen
Streng zenuwkoppen langs het ruggenmerg
Het centrale zenuwstelsel
Grijze stof
De donkere kleur in de hersenen en het ruggenmerg, dat afkomstig is van de cellichamen van de neuronen.
Witte stof
De lichte kleur in de hersenen en het ruggenmerg, dat afkomstig is van myeline.
Myeline
Een witgele vetachtige stof en werkt als isolatie-materiaal
Bloed-hersenbarrière
De bloed-hersenbarrière beschermt de hersenen tegen ongewenste stoffen door selectief stoffen door te laten via actief transport.
Tight junctions
Verbindingen die ervoor zorgen dat de ruimtes tussen de endotheelcellen van haarvatten klein zijn
Astrocyten
Gliacellen die een belangrijke rol spelen bij de uitswisseling van stoffen tussen het bloed en het hersenvocht.
Gliacellen
Steuncellen met veel uitlopers, die een vrijwel gesloten kring rondom haarvaten vormen. Ze vormen de bloed-hersenbarrière.
Reflexen
Reflex
Een reactie op een prikkel zonder of voordat er bewustwording optreedt
beschermen
Indeling zenuwstelsel
Centrale zenuwstelsel
Het centrale zenuwstelsel (CZS) bestaat uit de neuronen van de hersenen en die van het ruggenwerg.
Neuronen
Zenuwcellen
De cellen in het zenuwstelsel en de bouwstenen van de hersenen.
Perifere zenuwstelsel
Het perifere zenuwstelsel bestaat uit de zenuwen die buiten het CZS liggen. Deze zenuwen verbinden zintuigen met het CZS en het CZS met spieren en klieren.
13.2 Cellen in het zenuwstelsel
Functies neuronen
Schakelneuronen
Neuron in het CZS dat impulsen van sensorische neuronen en andere neuronen uit het CZS doorschakelt
Motorische neuronen
Neuron dat informatie van het CZS naar spieren of via de gresstreng naar klieren brengt.
Sensorische neuronen
Geleiden impulsen van zintuigcellen naar het centrale zenuwstelsel
Zenuwen
Sensorisch
impulsen van zintuigen worden waargenomen en doorgegeven
Motorisch
Gemengde zenuwen
Een zenuw met bundels uitlopers van zowel sensorische als motorische neuronen
Bouw van cellen in het zenuwstelsel
Cellichaam
Onderdeel van neuron met kern
Dendrieten
Aanvoerend deel van neuron, ontvangt informatie wat wordt doorgegeven aan het cellichaam
Myelineschede
Isolerende laag rondom de uitlopers van een neuron
Axon
Afvoerend deel van een een neuron: voert impulsen vanaf het cellichaam naar andere neuronen, spieren of klieren.
Cellen van Schwan
Maken een isoleren myelineschede om lange zenuwuitlopers heen.
Synapsen
Een ruimte waar impulsen kunnen overspringen of uitdoven via neurotransmitter, ruimte tussen de membranen en twee neuronen.
Gliacellen
Belangrijke taken: voeden en steunen neuronen, bieden bescherming, ruimen beschadigde cellen op, verwijderen stoffen die een rol spelen
Neurotransmitter
Stof opgeslagen in kleine blaasjes vlakbij de synaps, waarmee neuronen andere cellen stimuleren of remmen.
Neuronen
zenuwcellen
Het zenuwstelsel: meer dan neuronen
Myelineschede
Isolerend laagje bij de uitlopers van een neuron, wordt gevormd door cellen van Schwann en oligodendrocyten.
Insnoering van Ranvier
Onderbreking in de myelineschede waar in- en uitstroom van ionen kan plaatsvinden
Oligodendrocyten
Gliacellen in het klein, verspreid over CZS. Vormen een myelineschede
Microgliacellen
Zoals in de naam een gliacel, maar dan veranderen ze in fagocyten bij weefselbeschadiging. Beschermen neuronen tegen ziekteverwekkers.
Astrocyten
Zijn belangrijk voor de uitwisseling van stoffen tussen het bloed en het hersenvocht. Bevinden zich in een soort kring rondom haarvaten.
Ependymcellen
Endotheelcel in het CZS die hersenkamers en ruggenmergkanaal bekleden; produceren hersen- en ruggenmergvocht
Gliacellen
Ondersteunende cellen in het zenuwstelsel
Cellen van Schwann
Bevindt zich rondom een uitloper van een neuron waaruit de myelineschede ontstaat