Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Erik of het klein insectenboek (Auteur / historische inbedding…
Erik of het klein insectenboek
Auteur / historische inbedding
Bibliografie:
Recensies: 4/5 sterren
Uitgever: Het Spectrum, Utrecht, 1941
Het boek is niet meer actueel aangezien het boek in 1941 uitkwam en dat is ~80 jaar geleden, hierdoor is het een beetje uit.
Personage's
Wespen: Deze insecten voelen zich als van adel en denken ook dat ze superieur zijn boven de andere insecten.
Erik Pinksterblom: Hij is een jongen van 9 jaar. Hij is beleefd en goed opgevoed, maar hij is een beetje naïef.
Plot
Erik wordt steeds kleiner en gaat door een schilderij heen op de muur "Wollewei".
Doordat hij door het schilderij heen gaat komt hij in een andere wereld uit waar hij net zo groot is als insecten. Erik kan nu ook met de insecten praten.
Tijd/ ruimte
Het duurt een aantal weken. In het boek zeggen ze op een gegeven moment "ik ben al drie weken opzoek naar het schilderij" dus het is waarschijnlijk iets meer dan drie weken.
Het boek heeft 144 bladzijden
Het wordt niet duidelijk aangegeven wanneer het verhaal zich afspeelt
verteltijd
nauwelijks tijdsprongen
Thema
Erik ligt op een avond in bed met een boekje over insecten onder z’n kussen waar hij voor de volgende dag alle insecten uit moet kennen. Aan zijn muur hangen een aantal foto’s van z’n voorouders en een schilderij die hij Wollewei noemt. Hij zou in dat schilderij, waar bijna alle insecten op stonden, wel eens een kijkje willen nemen. Dan hoort hij z’n opa lachen hij vertelt hem dat alle schilderijen en foto’s op zijn kamer leven, waarna zijn oma uit haar lijst klom en op z’n bed kwam waar hij ook een praatje mee ging maken. en voor hij het wist was hij heel klein geworden en kwam hij in het schilderij Wollewei terecht
Waar hij allemaal verschillende pratende insecten tegen kwam. Hij kwam uiteindelijk een mierenleger tegen waar hij bevriend mee raakte en hij gaf ze advies, maar later kwam hij nog een mierenleger tegen waarmee ze ingevecht gingen en toen hij mierenzurr in zijn ogen kreeg werd hij wakker en bleek het een droom te wezen
Motieven: Fantasie en dromen
Het was altijd de droom van Erik om een kijkje te nemen in het schilderij en zijn fantasie sloeg dan altijd op hol, maar alles in het schilderij bleek uiteindelijk een droom te wezen en alles wat hij daar zag was zijn fantasie.
Perspectief / vertelsituatie
Auctoriaal perspectief
"Ja goed(...) u nu” Blz. 73
Het voelde als een soort film doordat je eigenlijk er een stukje boven vliegt als de verteller en je niet uit de ogen van Erik zelf kijkt.
Personaal: Erik Pinksterblom