Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
klinisch gebruik van OAEs (invloed otitis media en andere…
klinisch gebruik van OAEs
plaatsing sonde en impact op bekomen respons: slechte plaatsing
caviteit <=> turbulenties => eigen frequenties <=> meetfouten
stimulus spectrum met pieken <=> vlak frequentiespectrum =
ringing
correcte plaatsing + controle stimulus golfvorm & spectrum = ontzettend belangrijk
beïnvloedende factoren
invloed luchtdruk UG en MO
druk in UG
verandert amplitude, spectrum en reproduceerbaarheid TEOAEs
symmetrische verandering voor positieve en negatieve drukveranderingen: +100 daPa en -100 daPa reduceren amplitude OAE MET
2.5 dB
(reductie vooral op retrograde transmissie + lage f)
effect groter voor DPOAEs:
8 dB
effect middenoordruk
gelijkaardig zoals UG druk
experimenteel veel moeilijker te controleren <=> weinig studies
OAEs naar cochlea via mo => transmissie karakteristieken mo beïnvloeden eigenschappen OAEs => altijd eerst
tympanometrietest
uitvoeren
ECV: beïnvloedt stimulusintensiteit en -spectrum + karakteristiek respons (TEOAEs)
kleiner volume genereert grotere geluidsdruk in UG + hogere ear canal resonantiefrequentie
voorwaartse
middenoorpathologie
zuiver conductief verlies => attenuatie stimulus (attenuatie = frequentieafh), elke dB verlies => vermindering met 1 dB van OAE stimulus
effect bestuderen adhv input-outputfuncties (groeicurves)
TV + beentjesketen produceren gain: 28 dB (20)
bepaalt hoe stimulus in cochlea
invloed otitis media en andere middenoorpathologieën
belang evaluatie middenoor functie!!
verschillende impact op voorwaartse en retrograde geleiding
effect SOM
aanwezigheid beïnvloedt zowel voorwaartse als retrograde transmissie, MAAR effect voorwaartse te compenseren verhogen stimulus en retrograde verlagen ruisniveau
meesten:
g OAEs
algemeen: verminderde respons amplitude en soms totale eliminatie respons => elke conditie die mechanische karakteristieken MO verandert beïnvloedt OAEs
verschillende impact op DPOAE en TEOAE tijdens voorwaartse emissie?
DPOAE
verlies in voorwaartse transmisie (conductief) h veel grotere impact op DPOAE >> TEOAE
geen compensatie voor verlies mogelijk
geen eenduidig type, wel 5 types
TEOAE
10 dB verandering in stimulus geeft 2 dB vermindering respons amplitude => GV 10 dB, dan versterken met 10 dB (stimulus niveau verhogen om verlies te compenseren
hellingsgraad (0.2 dB per decibel): steil voor lage intensiteiten, vrij valk voor hogere
mo k geluid bidirectioneel voortgeleiden, MAAR beide routes zijn verschillend! & frequentieafhankelijk
voorwaartse transmissie: naar cochlea = sound pressure
gain
retrograde transmissie: naar UG = sound pressure
loss
retrograde
ondanks dit verlies toch nog OAEs te meten => enorme intracochleaire energie geproduceerd door OHC
verlies van 22 dB (0.8 kHz) en hoger op hogere + lagere frequenties (40 op .01 kHz en 50 op 4kHz)
minder efficiënt <=> sound energy loss
rol TV
idem mem LS: mechanische vibraties ossiculaire keten zeten TV in beweging + produceren geluidsgolf in UG
conductief gehoorverlies: + sound pressure loss <=> minste mo-pathologie doet emissie verdwijnen!!