Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
regels van het werkwoord schema (tegenwoordige tijd (Hij = stam + t …
regels van het werkwoord schema
tegenwoordige tijd
Hij = stam + t bijv. hij loopt
Wij = hele werkwoord bijv. wij lopen
Ik = stam bijv. ik loop
op het begin
ja of nee
persoonsvorm?
ja= vt of tt
verleden tijd
klank verandering
ja= weten
nee= verder naar de volgend stap
ja= stam +te of +ten
nee= stam +de of +den
zit de laatste letter in 't kofschip x?
hele ww -en
voltooid deelwoord
2 soorten 1. eindigd op d of t, 2. endigd op -en
Je hebt ook een bijvoegelijk gebruikt voltooid deelwoord
en een tegewoordig deelwoord
geen persoonsvorm
langer maken om te weten of het eindigd op d of t