Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Zenuwstelsel (Zenuwen (Bindweefsel (Omgeeft en isoleert op verschillende…
Zenuwstelsel
Zenuwen
Bloedvaten
Bindweefsel
Omgeeft en isoleert op verschillende manieren
Bundels uitlopers van gemyeliniseerde neuronen
Meeste zenuwen zijn gemengde zenuwen
Dendrieten
Sensorische neuronen van motorische neuronen
Axonen van motorische neuronen
Uitsluitend sensorisch
Geven impulsen van zintuigen door aan de hersencentra
Uitsluitend motorisch
Sturen spieren aan
Bouw cellen in het zenuwstelsel
Neuronen
Maken informatieoverdracht mogelijk
Cellichaam
Celkern
Een aantal uitlopers
Dendrieten
De aanvoerende uitlopers
Axon
De afvoerende uitloper
Aftakking axon eindigt in meerdere synapsen
Plaatsen waar het neuron zijn informatie overdraagt aan een ander neuron
Gebeurt via een neurotransmitter
Drie typen neuronen
Sensorische neuronen
Ontvangen impulsen van zintuigcellen en voeren die naar het CZS.
Liggen in de romp vlak voor het ruggenmerg bijeen in spinale ganglia.
Kunnen een tot 1,5 meter lange dendriet hebben
Schakelneuronen
Schakelen de impulsen van sensorische neuronen en andere neuronen uit het CZS door.
Hebben niet allemaal een myelineschede
Motorische neuronen
Voeren de impulsen van het CZS naar spieren of via de grensstreng naar klieren.
Hebben korte, sterk vertakte dendrieten
Kunnen een axon hebben tot 1,5 meter.
Gliacellen
Voeden en steunen neuronen, bieden bescherming, ruimen beschadigde cellen op en verwijderen stoffen die een rol spelen bij het doorgeven van impulsen.
Cellen van Schwann
Maken isolerende myelineschede om zenuwuitlopers heen.
Astrocyten
Regelen de uitwisseling van stoffen tussen neuronen en het bloed.
Leveren steun aan de neuronen en spelen een rol bij het herstel van neuronen na beschadiging.
Oligodendrocyten
Kleine cellen die verspreid in het centrale zenuwstelsel voorkomen.
Myelineschede
Oligodendrocyten vormen een myelineschede om uitlopers van neuronen in het CZS. Isoleert de zenuwvezels en maakt een snellere geleiding van impulsen mogelijk.
Uitlopers van de neuronen zonder myelineschede heten insnoeringen van Ravier.
Microgliacellen
Verandering in fagocyten bij weefselbeschadiging.
Ependymcellen
Zijn endotheelcellen die de hersenkamers en het centrale kanaal van het ruggenmerg bekleden.
Ze produceren hersen- en ruggenmergsvocht dat ze met behulp van hun trilharen laten rondstromen.
Bouw zenuwstelsel
Centrale zenuwstelsel (CZS)
Neuronen hersenen
Grote hersenen (Binas 88C2)
Bestaat uit twee helften
Primaire motorische schors (rechts)
Ontvangt impulsen van zintuigen
Primaire sensorische schors (links)
Stuurt impulsen naar spieren en klieren
Twee helften worden verbonden via de hersenbalk
Ordenen en verwerken de informatie. Ze doen hiernaast ook aan het logisch redeneren, je wil, het bewustzijn, de geheugenfuncties en de emoties.
Hypothalamus
Betrokken bij de homeostase. De hypothalamus stuurt onder andere de hypofyse aan
Thalamus
De thalamus selecteert welke impulsen van zintuigen naar de verschillende gebieden van de hersenschors gaan.
Ontwikkelen motorprogramma's die het mogelijk maken automatische en gecoördineerd complexe handelingen uit te voeren.
Kleine hersenen
Spelen een rol in het coördineren van bewegingen.
Hersenstam
Middenhersenen
Onderdeel van de hersenstam die een rol spelen bij reflexen met betrekking tot het zien en horen.
De pons
Onderdeel van de hersenstam dat de grote en kleine hersenen verbindt. De pons is een tussenstation tussen het evenwichtscentrum in je middenoor en de kleine hersenen.
Verlengde merg
Het onderdeel van de hersenstam waar de zenuwbanen kruisen; bevat regelcentra voor vitale functies.
Reflex
De reflexen uit het gebied van het hoofd gaan via de hersenstam en de hersenzenuwen.
Een reflex is een reactie op een prikkel zonder dat of voordat er bewustwording optreedt.
Soorten reflexen
Aangeleerde reflex
Een reflex die niet vanzelf gaat
Aangeboren
Een reflex die aanwezig is vanaf je geboorte.
Hersenschors
Sensorisch centra
Hier verwerken neuronen de binnenkomende informatie van een zintuig.
Primaire gehoorcentrum
Hier komen de impulsen vanuit je gehoor binnen en vindt bewustwording plaats.
Secundaire gehoorcentrum
Hier wordt geluid gekoppeld aan geheugeninformatie. Je kunt zo dus het geluid interpreteren.
Primaire motorische schors
Vanuit hier gaat een primaire actie naar spieren.
Secundaire motorische schors
Bevat informatie over hoe de spieren hun beweringen gecoördineerd kunnen uitvoeren.
Neuronen ruggenmerg
Uitlopers van sensorische neuronen (rugzijde)
Voeren impulsen vanuit de zintuigen naar het ruggenmerg.
Spinaal ganglion
Een verdikking met de cellichamen van de sensorische neuronen bij elkaar.
Uitlopers van motorische neuronen (buikzijde)
Hierlangs gaan impulsen vanuit het ruggenmerg naar de spieren.
Grensstrengen
Liggen aan de beide zijden buiten het ruggenmerg.
Ganglia
De zenuwknopen van de grensstrengen
Reflex
Vanuit de ruggenmerg gaan de meeste reflexen.
Een reflex is een reactie op een prikkel zonder dat of voordat er bewustwording optreedt.
De weg die de impulsen bij de kniepeesreflex afleggen is:
Perifere zenuwstelsel
Zenuwen die zintuigen verbinden met het Centrale zenuwstelsel toevoeren.
Zenuwen die het centrale zenuwstelsel met spieren en klieren verbinden.