Please enable JavaScript.

Coggle requires JavaScript to display documents.

Systeemtheorie (Typering (Basisuitgangspunten (Logische denkwijze (Systeem…

- - - - Systeem of persoon heeft altijd een context (omgeving)
      - Niveaus zijn hiërarchisch geordend
    - - Flexibele manier van kijken
  - - - Input = er gebeurt iets in een bepaalde situatie
      - Process= het omzetten van die gebeurtenis
      - Output
  - - - Tegenwoordig ook aandacht ontwikkeling systemen (Bronfenbrenner)
  - - - Afkomstig uit systeemtheorie (organistische manier van kijken)
      - Uitgangspunten
        
        Organisme: georganiseerd systeem
        
        Interactie met omgeving: open systeem
      - Niet de persoon centraal maar de relatie persoon <-> omgeving
- - - - 1.Aantal kritische opmerkingen ten opzichte van de patiënt
      - 2.Emotionele betrokken gezinsleden bij patiënt
      - 3.Aan/afwezigheid vijandigheid t.o.v. patiënt
      - 4.Meer dan 5 uur per dag op lip patiënt
    - - 1.Positieve houding t.o.v. gezinnen (schuldsanering)
      - 2.Educatie (geven van voorlichting
      - Oplossen van specifieke problemen (overbezorgdheid)
      - Medicatie (Schizofrenie)
  - - - 1.Functionele gezinstherapie (Functional family therapie, FTT)
      - 2.Meervoudige gezinstherapie (Multi dimensional family therapie, MDT)
      - 3.Multisysteemtherapie (Multisystemic therapy, MST)
    - - 1.Gezin met jongeren met gedragsproblematiek
      - 2.Meerdere systemen betrokken bij behandeling
      - 3.Raakvlakken theorie Bronfenbrenner
      - 4.Gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek
      - 5.Intensief, kortduren en sterk geprotocolleerd
      - 6.Outreachend
- - - - Stress wordt veroorzaakt door omstandigheden waarin het individu functioneert
- - - - Psychische stoornis = 'kenmerk van een systeem' en geen kenmerk individu
      - Feedback en evenwicht + en -
      - Keuze op hiërarchisch niveau = vaststellen systeem
      - Onvoorspelbaarheid eindresultaat onwikkelingsproces: Equifinaliteit= eenzelfde begintoestand kent verschillende eindtoestanden
        Multifinaliteit = eenzelfde start kent verschillende eindtoestanden
    - - Onmogelijkheid tot niet communiceren
      - Inhouds-en betrekkingsniveaus: Inhoudsniveau = de woorden die iemand uitspreekt Betrekkingsniveau = boodschap waarin iemand zich presenteert en hij de ander verzoekt zich op een bepaalde manier te gedragen.
      - Interpunctie= het aanbrengen van oorzaak en gevolg
      - Digitaal = talige communicatie & Analoog= niet talige communicatie
      - Symmetrisch = mensen die met elkaar communiceren hebben een evenwaardige machtsverhouding en Complementair mensen hebben geen evenwaardige machtsverhouding
  - - - Mensen zijn actieve wezens
      - Verschillen in mogelijkheden om eigen ontwikkeling vorm te geven
      - Ontwikkeling is een wederzijds proces
      - Geheel is meer dan de som der delen
- - - - 2 stellingen:
        
        1) Gedrag is de functie van context en verandering bij wijziging ervan
        2) Gedrag komt tot stand door wederkerig beïnvloeding