Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Aardrijkskunde H1 (paragraaf 2 (begrippen (just in time (Principe dat…
Aardrijkskunde H1
paragraaf 2
-
-
begrippen
just in time
Principe dat goederen precies op tijd worden aangeleverd. Voorraadvorming en dure opslag van goederen worden hierdoor beperkt.
WTO
World Trade Organization, Wereldhandelsorganisatie. Internationale organisatie die plei voor vrijhandel
productieketen
De schakels waaruit het productieproces van goederen bestaat, van grondstof tot eindproduct.
globalisering
Proces aarbij gebieden op aarde op tal van trerreinen (economisch, cultureel, sociaal en politiek) steeds meer met elkaar verbonden raken.
lagelonenlanden
landen in de (semi)periferie die een veel lager loonniveau kennen dan de rijke landen. Zij vormen daaroor een aantrekkelijke vestigingsplaats voor arbeidsintensieve bedrijven.
global shift
De verschuiving op aarde van het economisch kerngebied. Vaak verstaat men hieronder de verschuiving van de randen van de Noordelijke Atlantische Oceaan naar de randen van de Stille Oceaan.
BRICS-landen
Afkorting voor landen die na 2000 een snelle economische ontwikkeling doormaken: Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika (South Africa).
-
-
-
paragraaf 3
-
-
begrippen
-
-
Koude Oorlog
Periode (1945-1989) waarin de twee wereldmachten Verenigde Staten en Sovjet-Unie vijandig egenover elkaar stonden.
-
-
importheffinfen
Belasting op ingevoerde goederen, bedoeld om de binnenlandse markt te beschermen tegen het buitenland.
industrieel kolonialisme
Fase (1800-1950) waarin Europese moederlanden koloniën stichtten die ze zelf bestuurden, met als doel de aanvoer van grondstoffen veilig te stellen en een afzetmarkt voor hun industriële eindproducten te vormen.
liberalisering
Het door de overheid opheffen van belemmeringen voor een vrijemakrteconomie en (buitenlandse) concurrentie.
handelskolonialisme
Fase (1500-1800) van vestiging van Europese handelsmaatschappijen in de nieuw ontdekte gebieden van Afrika, Amerika en Azië, met het doel handel te drijven.
-
paragraaf 9
-
begrippen
kapitaalintensieve
Bij de productie wordt veel kapitaal gebruikt (dure machines, gebouwen) in vergelijking met de kosten voor arbeid en grondstoffen. Een chemisch bedrijf is kapitaalintensief.
-
de-industrialisatie
Ontwikkeling waarbij in een regio de (oude) industriële activiteiten voor een belangrijk deel verdwijnen.
herstructurering
Het omvormen van de economie, bijvoorbeeld van argrarisch naar industrieel of van industrieel naar een diensteneconomie.
-
paragraaf 7
-
begrippen
-
-
-
armoedegrens
Inkomen dat je nodig hebt om te kunnen voorzien in de basisbehoeften. De hoogte van de grens verschilt per land.
triade
De drie belangrijkste handelsblokken in de wereld: Noord-Amerika, de Europese Unie en Oost-Azië (China en Japan).
-
-
-
paragraaf 4
-
-
begrippen
Gini-coëfficiënt
een maat om sociale ongelijkheid te meten. De coëfficiënt loopt van 0 (volledige gelijkheid) tot 1 (volledige ongelijkheid).
exploitatiekoloniën
Kolonie die door het moederland gebruikt wordt als wingewest. Ontikkeling van de kolonie komt op de tweede plaats.
-
vestigingskoloniën
Gebied waar kolonisten zich blijvend vestigen en dat ze vaak opbouwen naar voorbeeld van het moederland.
-
paragraaf 8
-
begrippen
-
-
-
planeconomie
Een systeem waarbij de overheid plant hoe de economische ontwikkeling moet verlopen, vaak met behulp van vijfjarenplannen. Planeconomie is typisch voor een socialistisch of communistisch land.
-