Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
BEKNOPT OVERZICHT IDEOLOGIEËN (LIBERALISME: de menselijke vrijheid is het…
BEKNOPT OVERZICHT IDEOLOGIEËN
LIBERALISME
: de menselijke vrijheid is het hoogste goed. De individuele vrijheid staat centraal en de overheid moet die garanderen.
Welke partij? :silhouettes:
Open VLD
kernconcepten
tolerantie en diversiteit: door een 'vrije markt van ideeën' te creëren, waarin er gediscussieerd wordt, zullen de goede ideeën het halen van de slechte (positieve vorm). Tolerantie is ook een voorwaarde voor vrijheid van de anderen (negatieve vorm).
rechtvaardigheid: alle mensen zijn gelijk geboren en hebben dezelfde waarden en dienen daarom allen dezelfde fundamentele rechten te hebben. Dit impliceert evenwel geen gelijke uitkomst! > meritocratische samenleving waarin zij die hard werken meer verdienen.
positief mensbeeld: komt van de Verlichting. Elk individu is rationeel. Iedereen kan zijn of haar eigenbelang bepalen. Het geloof in de rede hangt ook samen met een vooruitgangsdenken: mensen zijn rationeel en in staat om de samenleving ten goede te veranderen. Samenleving = maakbaar
afwezigheid van externe dwang én mogelijkheid om talenten te ontplooien: de eis om vrijheid was reactie op het Ancien Regime. Ze zien het als een natuurlijk recht en een voorwaarde voor een volwaardig menselijk bestaan. Vroegere liberalen (nachtwaker staat) <> moderne liberalen
diverse stromingen
Sociaal darwinisme
= 19e eeuw, ook in de samenleving natuurlijk proces van survival of the fittest. Sociale ongelijkheid is een goede zaak en mag niet gecorrigeerd worden door overheid.
Neoliberalisme
= 1970 en 1980 met Margaret Thatcher en Ronald Reagan
Klassiek liberalisme
= hoogte punt in 19e eeuw, nadruk op rationeel egoïstisch individu, negatieve invulling van vrijheid en de vrije markt.
onderscheid tussen:
ECONOMISCH LIBERALISME: pleiten voor de economische vrijheid. Individuen moeten zich laten leiden door hun eigenbelang en streven naar nutsmaximalisatie. het gedrag van de marktactoren moet niet gecoördineerd worden, want enkel zo het beste resultaat voor iedereen. = laisser faire laisser passer, van :silhouette:
Adam Smith
:
POLITIEK LIBERALISME: bescherming van rechten van het individu. het liberalisme moet een samenleving tot stand brengen waarin elk individu zich vrij kan ontwikkelen en zijn of haar eigen belangen nastreven. Het individu staat centraal en worden dus niet gezien als 'een lid van de gemeenschap'. :silhouette:
Thomas Hobbes, John Locke, John Stuart Mill
CONSERVATISME
: afkeer van revolutie en behoud van traditie
kernconcepten:
menselijke imperfectie, pragmatisme en regulering: conservatisme gaat uit van een pessimistisch mensbeeld: mensen zijn imperfect, meestal intellectueel beperkt en zoeken zekerheid en herkenbaarheid. Daarom sociale orde + pragmatische aanpak op basis van ervaring en praktische doelen.
organische samenleving: de mens is geen individu dat losstaat van andere individuen, maar heeft een uitermate sterke behoefte om tot een groep of samenleving te behoren. Iedereen heeft daarin zijn plaats. Vrijheid wordt bereikt door niet te hervallen in egoïsme, maar door te voldoen aan de plichten ten goede van de samenleving. De samenleving is niet maakbaar, maar is een historisch gegroeid, organisch geheel. Cruciale organen zijn familie, de natie en het geheel van waarde en normen die voor cohesie zorgen.
respect voor de (religieuze) traditie: gebruiken en traditites die de test van tijd hebben doorstaan en die van generatie tot generatie overgedragen worden, dienen met respect behandeld te worden. Omdat ze overleven, hebben ze hun deugdelijkheid bewezen.
(Sociale) hiërarchie: samenleving wordt van nature gekenmerkt door sociale hiërarchie. Sociale gelijkheid is niet alleen onmogelijk, maar ook niet wenselijk. Elke groep in de samenleving heeft een bepaalde rol en plaats. Hiërarchie is dus een natuurlijke zaak. het wordt niet gezien als iets meritocratisch, maar als een gegeven.
autoriteit en leiderschap: leiderschap is van nature aanwezig in de samenleving. Macht wordt niet van onderuit gedelegeerd, maar wordt van bovenaf opgelegd. Zonder leider hebben we moreel verval en is er geen duidelijkheid over welke plaats/taak mensen moeten opnemen. autoritair conservatisme <> begrensd leiderschap.
bezit: bezit is een centrale waarde want verschaft psychologische veiligheid en sociale zekerheid. het brengt stabiliteit, want moedigt andere bezitters aan respect te hebben voor bezit van anderen. Het genereren van bezit is tenslotte een manier van zelfrealisatie, maar grenzen aan bezit!
welke partij? :silhouettes:
CD&V, CDH, NVA
diverse stromingen
Pragmatisch of paternalistisch conservatisme
: verandering is onvermijdelijk, dus overheid moet pragmatisch beleid opstellen en centrale waarde veilig stellen. veranderen om te conserveren, OH is patriarch die beste weet.
Christendemocratie
: ontstaan door Encycliek Rerum Novarum van :silhouette:
Paus Leo XIII
Hedendaags conservatisme
(NVA) en :silhouette:
Theodore Dalrymple
Autoritair conservatisme
:silhouette:
Joseph Maistre
SOCIALISME
: onderscheid tussen sociaaldemocratie/socialisme en communisme. Socialisme is meestal koepelnaam voor minder radicale gematigde benaderingen. Verbonden met industriële revolutie en antikolonialisme
Welke partij? :silhouettes:
PvDA en SPA
kernconcepten
klasse: = een groep die socio-eco zelfde positie in de samenleving. Je klassepositie wordt bepaald door je plaats in het arbeidsproces. Door deze gemeenschappelijkheid, houden leden van zelfde klasse meestal zelfde ideeën op na, want zelfde belangen. Niet de individuen maar klasse zijn de actoren. MAAR het bestaan van klasse is niet noodzakelijk of zelfs niet wenselijk. vroeger was het ultieme doel = klasseloze samenleving. (manier waarop klasse worden bepaald marxisme <> sociaaldemocraten). NU: niet meer emancipatie klasse, maar gelijke kansen voor alle mensen, ongeacht hun afkomst of kenmerken.
gemeenschap en samenwerking: Mensen zijn sociale wezens en van de gemeenschap gaat een grote kracht uit. Socialisme huldigt een collectieve visie op de mensheid. Geloof in de maakbaarheid van de mens. Pleiten voor samenwerking want dat genereert gevoelens van solidariteit, betrokkenheid en is een stimulans om hard te werken voor een gemeenschappelijk doel.
gemeenschappelijk bezit: bezit is een negatieve kracht, een bron van ongelijkheid en onrechtvaardigheid. Welvaart wordt door de gemeenschap geproduceerd en komt dan ook de gemeenschap toe, niet het individu. Hoe en in welke mate bezit collectief moet worden gemaakt, verschilt van visie nationalisering/gemengde economie?). Vandaag: herverdeling en solidariteit worden bepleit binnen het kader van de vrije markt en het privébezit.
gelijkheid: andere invulling van gelijkheid dan conservatieven en liberalen. Gelijkheid is zoveel mogelijk sociale gelijkheid en reële gelijkheid. Gelijkheid is een kwestie van rechtvaardigheid. sociale gelijkheid is nodig om vrijheid te bereiken = tegemoet komen aan de behoeften van de mensen want pas dan echt iedereen vrij. Rijkdom moet niet volgens verdienste maar volgens behoefte (her)verdeeld worden. Marxisme VOLLEDIGE sociale gelijkheid <> sociaaldemocraten MEER sociale gelijkheid.
diverse stromingen
Reformatorisch socialisme (of sociaaldemocratie)
: geen gewelddadige recolutie, maar integreren in politiek systeem. zo ontspoord kapitalisme, structurele ongelijkheid en armoede bestrijden met gemengde economie en herverdeling. Het gaat nu om sociale rechtvaardigheid. (volgens sommige is materiele strijd gedaan en enkel nog moreel belang -
etisch socialisme
De derde weg visie
: situeert zich tussen neoliberalen en sociaaldemocraten.
Revolutionair socialisme
: eisen via een gewelddadige proletarische revolutie het omverwerpen van het kapitalisme om zo tot een klasse- en staatloze socialistische samenleving te komen.
NATIONALISME
: nationalisme ontstond in de 19e eeuw (congres van Wenen 1815). Werd vaak gelieerd aan liberale en progressieve bewegingen. Zodra de natievorming was voltooid zag conservatisme in het nationalisme een instrument of revolterende bewegingen tegen te gaan en orde te creëren.
kernconcepten:
de natie als organische (of ingebeelde?) gemeenschap: twee visies: de natie is een organisiche gemeenschap die spontaan tot stand komt. de nationale indeling staat boven de andere soorten groepsvorming. sterkcollectief karakter + interne geschillen worden overdekt door een affectief gevoel van samenhorigheid. Andere zeggen dan weer dat naties niet organisch groeien, maar artificieel worden gevormd: het zijn imagined comunities of invented traditions.
erkenning van de natie en autonomie voor die natie: de natie heeft recht op haar eigen politieke eenheid. Nationalisten gebruiken verschillende cirteria om natie te omschrijven (o.a.
Volksgeist
van
Herder
of taal, cultuur...) maar dergelijke objectieve criteria volstaan zelfden. de natie is voor meeste een psychologische entiteit, een groep mensen die zichzelf beschouwen als een geheel. Daarin onderscheid tussen open en inclusief geheel (psychologisch geheel) of gelosten en exclusief geheel (objectief onderscheid: 'wij' en 'zij').
drijfveer: soevereiniteit en loyaliteit: veel nationalisten willen dat natie en staat zoveel mogelijk samenvallen en komen tot een natiestaat. het voert een identiteitspolitiek gericht op het ontwikkelen van patriottisme of vaderlandsliefde.
diverse stromingen: komt voor in allerlei vormen en gedaante omdat er juist zoveel discussie is over wat een natie is en welke criteria beslissend zijn. = nationalisme is een cross cutting ideology. het moet met andere waarden ingevuld worden om de maatschappelijke keuzes te maken die buiten de loutere kwestie van het zelfbeschikkingsrecht van de natie vallen. Heywood onderscheid vier vormen: liberaal, conservatief, expansionistisch en antikoloniaal.
welke partij? :silhouettes:
Vlaams Belang en NVA
ECOLOGISME
: bevindt zich aan de postmaterialistische breuklijn. Zij zien de natuur als een complex geheel van onderlinge relaties tussen levende organismen en hun natuurlijke omgeving. Het zet zich af tegen het eenzijdig benadrukken van economische groei en wijst op de ecologische maar ook sociale gevolgen ervan.
kernconcepten
de natuur in evenwicht (ecologie): het leven op aarde is een fragiel interdependent netwerk van ecologische systemen die elkaar in standhouden. Het evenwicht daartussen is verstoord (overbevolking, lucht- en watervervuiling,...) en moet terug hersteld worden.
holistische wereldvisie: de wereld moet begrepen worden als een geheel, niet als een samenstelling van losse onderdelen.
think globally, act locally
. Het herstellen van natuurlijk evenwicht moet op globaal niveau aangepakt worden.
duurzaamheid: de omschakeling naar een duurzame ontwikkeling vergt, conform de holistische visie, een volledige hervorming ook op het vlak van intermenselijke relaties. Materiële welvaart verminderen, maar levenskwaliteit verhogen.
Bio-ethiek en zelfrealisatie: ethisch bewust zijn waarin de natuur een centrale rol speelt. warme intermenselijke relaties zijn essentieel in een evenwichtige menselijke ontwikkeling.
welke partij? :silhouettes:
Groen
onderscheid tussen:
DONKERGROEN (ecocentrisch): verwerpen het idee dat de mens centraal staat. De natuur is waardevol op zichzelf. De mens is een levend wezen zoals de andere en moet zich evenzeer inzetten voor het in standhouden van de natuur, niet omgekeerd.
LICHTGROEN (antropocentrisch): de mens heeft nog steeds een centrale plaats in het ecologische project. Het evenwicht tussen mens en natuur moet worden hersteld om het overleven van de menselijke soort te vrijwaren.
AFTAKKING:
Christendemocratie:
benadrukt de conservatieve waarden zoals religie, organische opbouw van de samenleving, pragmatischme en de kleine staat. Kernconcepten:
Anti-etatisme en subsidiariteit: de staat moet zich terugtrekken uit de samenleving en niet de plaats van de natuurlijke gemeenschap innemen. De macht dient zoveel mogelijk verspreid te worden en zo dicht mogelijk bij de persoon uitgevoerd worden.
Personalisme: de menselijke persoon is hoogste goed, niet een partij, ideologie of de staat. Alleen de persoon heeft een vrije wil en heeft waarde. Richten op concensus, compromis, sociale harmonie en tegen de klassestrijd. De economie moet weer ten diensten gesteld worden van de gemeenschap + sociaal gecorrigeerde markteconomie.
Christelijke waarde en normen beschermen tegen een doorgedreven rationeel en secularistisch denken. Het christendom eist een plaats als religie en één van de waardesystemen binnen de samenleving.