Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
I-OND2 (Vygotsky: cognitieve ontwikkeling (Positivistische benadering: het…
I-OND2
Vygotsky: cognitieve ontwikkeling
Positivistische benadering
: het gaat om het kunnen verklaren van menselijk gedrag puur als oorzaak-gevolg
Interpretatieve benadering
: betekenis geven en verwerken van subjectieve ervaringen staat centraal
Positivistische + interpretatieve benadering = Betekenisverlening
Interiorisatie
: het proces waarin het individu 'ingroeit' in de cultuur. Het proces waarbij individuen zich ontwikkelen tot zelfstandige deelnemers aan de cultuur.
Zone van actuele ontwikkeling
Zone van naaste ontwikkeling
BELANGRIJK: TAAL
Piaget: cognitieve ontwikkeling
Kennis verwerven is het resultaat van een interactief proces
Ieder kind doet ontdekkingen door actief met de omgeving om te gaan; door interactie
Een kind wordt geboren met aangeboren reflexen en een aangeboren neiging om actief met de omgeving om te gaan. Door interactie en lichamelijke rijping ontstaat vanuit reflexen steeds complexere vaardigheden
Adaptatie
: het proces waarmee kinderen veranderen in gedrag en denken om effectiever te kunnen functioneren
Assimilatie
: het proces waarmee bestaande kennis en vaardigheden wordt gebruikt in nieuwe situaties. Aanpassing van het denkschema
Accommodatie
: het proces van aanpassing van bestaande vaardigheden of kennis om met een nieuwe situatie om te kunnen gaan. Uitbreiding van het denkschema
Stadia van cognitieve ontwikkeling
Sensomotorische periode (0-2): het kind reageert motorisch op wat het waarneemt. Het leert onderscheid te maken tussen zichzelf en de omgeving
Preoperationele periode (2-7): denken wordt minder egocentrisch. Het denken is aanvankelijk niet logisch en systematisch. Kenmerken: egocentrisme, animisme, artificialisme, realisme
Concreet-operationele periode (7-11): egocentrisme verdwijnt geleidelijk. Het leert om verandering in te schatten en er logisch mee om te gaan. Dit gaat het makkelijkste met concreet materiaal
Formeel-operationele periode (va 11): het kind kan zonder materiaal, abstracte problemen oplossen
Gal'pering: cognitieve ontwikkeling op basis van Vygotsky
Materiële handeling: omgaan met concrete voorwerpen
Mentale handeling: het denkproces
Fasen in het leerproces. Ook wel:
verinnerlijken
(van materiaal niveau via verbaal niveau naar mentaal niveau)
Oriëntatiefase
: het kind maakt kennis met het onderwerp
Materiële fase
: het kind maakt opdrachten met concreet materiaal
Verbale fase
: belangrijk: je handeling verwoorden!! Het kind verteld hardop aan de leerkracht wat hij doet en waarom. Volgende stap: weer verwoorden, maar dan in gedachten. Daarna verkort het kind de handeling.
Mentale fase
: het kind voert de handeling uit als automatisme.