Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
paragraaf 1.1 geschiedenis. verleden heden en toekomst (tijdrekenen…
paragraaf 1.1 geschiedenis. verleden heden en toekomst
vragen en antwoorden
begrippen in dit hoofdstukje
sporen = overblijfselen van het verleden
archeologen= wetenschapper die opgravingen doet en bestudeert
bron= hieruit haal je informatie
geschiedenis= onderzoek en kennis van wat er in het verleden is gebeurd
de ontdekking van de grotten van Lascaux was heel belangrijk voor onze kennis van het verre verleden. toen de schilderingen 17000 jaar geleden werden gemaakt, leefden er in Europa mensen die cro - magnon mensen heetten. zij lieten hun sporen achter in de grot
begrip van het verleden, heden en toekomst
alles wat bestaat in het heden is ontstaan in het verleden. kijk maar eens om je heen. als je je afvraagt waarom de wereld er vandaag zo uitziet, kun je in het verleden naar verklaringen zoeken.
begrippen van dit hoofdstukje
verklaringen = uitleg waarom iets gebeurt
argument = goede reden
tijdrekenen
decennium= 10 jaar
eeuw= 100 jaar
millennium= 1000 jaar
christelijke jaartelling = de jaren tellen vanaf wanneer christus is geboren
jaartelling= de manier waarop mensen tellen van een beginpunt
om de geschiedenis te begrijpen moet je kunnen rekenen met tijd dat doe je als je minuten, seconden, uren, dagen, weken, maanden en jaren rekent. door te rekenen met tijd kom je er achter bijvoorbeeld hoe oud iemand is geworden
historische indelingen
om de geschiedenis te begrijpen moet je ook kunnen werken met historische indelingen. in de tijdbalk hieronder is de tijd aan de onderkant ingedeeld in vijf perioden: prehistorie, oudheid, middeleeuwen, vroegmoderne tijd en moderne tijd. je hebt ook 10 tijdvakken en 5 samenlevingen
begrippen in dit hoofdstukje
tijdvakken= de geschiedenis wordt ingedeeld in 10 tijdvakken
perioden= de vijf perioden zijn prehistorie, oudheid, middeleeuwen , vroegmoderne tijd en moderne tijd
samenleving= in het verleden worden 5 samenlevingen ingedeeld