Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
TAAL 9 E: THEORIEEN GESPROKEN WOORDHERKENNING (2. TRACE MODEL (Bewijs…
TAAL 9 E: THEORIEEN GESPROKEN WOORDHERKENNING
1. MOTORTHEORIE
Luisteraars bootsen articulatoire bewegingen van spreken na
Bewijs
TMS over de motorcortex die de lippen representeert. –> Verminderde auditieve discriminatie. Aanwijzing dat motoriek rol speelt in auditieve verwerking
TMS gericht op motorcortex faciliteerde perceptie onder ruizige omstandigheden
Broca’s afasie patiënten nog wel in staat om simple spraakperceptie taken uit te voeren
Beperkingen
Zegt niets over bijkomende processen
Jonge baby’s met extreem beperkte articulatoire expertise kunnen toch nog redelijk goed een syllabe detectietaak uitvoeren
3. COHORT MODEL
We horen spraakklank: activeerd bepaald cohort van woorden
Proces van eliminatie: punt van uniekheid
Selectie obv semantiek, syntactische, lexicale...
O’Rourke & Holcomb Methodologie
120 Bisyllabische woorden: 2 lettergrepen
Event-Related potential metingen
Woorden vroege & laten uniekheid
Sterktes
Kan snelheid van gesproken woordidentificatie verklaren
Moeilijker te testen
2. TRACE MODEL
Feature units
Phoneme units
Word units
Lijkt op interactieve activatie model bij lezen
Wanneer accoustische info onderdeel is van woord kan het beter herkend worden
Bewijs
Woordsuperioriteitseffect maar verwachting kan dit effect doen verdwijnen
Categorische perceptie
Top-down verwerking op woordniveau beïnvloed foneem categorisatie
Beperkingen
Het model is misschien te flexibel om testbaar te zijn
Te veel aandacht top down