Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Behandeling (1. Zorg als een sociaal probleem (Een beknopte historie…
Behandeling
1. Zorg als een sociaal probleem
Een beknopte historie
Weinig verbintenis met mensen met een mentale stoornis, werkten samen met de duivel
Rond de 18de eeuw werden deze mensen vooral opgesloten in ziekenhuizen etc.
Grote verandering deed zich voor in de jaren 50 door behandeling van veteranen.
Deïnstitutionalisering
deed zich voor (mensen konden terugkeren in de samenleving).
Sinds de jaren 70 hebben meerdere gemeenschappen uitgebreidere programma's ontwikkeld (ACT) voor mensen met een ernstig mentale stoornis. Deze persoon wordt toegewezen aan een gevarieerd behandelingsteam met 24/7 mogelijkheid tot crisiscontact en een bezoek (twee keer per week).
Specialisten in de mentale gezondheidszorg zijn onder andere psychiaters, klinisch psychologen, adviseurs, psychiatrisch maatschappelijk werker en psychiatrische verpleegkundigen. Deze variëren in opleiding en training.
2. Biologische behandelingen
Medicijnen
Antipsychotica
Chloorpromazine
Verminderen van activiteit van de neurotransmitter dopamine bij verscheidene synapsen.
Duizelig, verwart, droge mond, misselijkheid, wazig zicht etc,
Tardieve Dyskensie
: herhaalde, doelloze en willekeurige bewegingen, vooral rond de mond (na meerdere jaren gebruik)
Typisch: Klassiekere antipsychotica (Haloperidol)
A-typisch: Nieuwere antipsychotica (Olanzapin en risperidon). Hebben niet alleen invloed op dopamine maar ook op andere receptoren van neurotransmitters zoals serotonine.
Kalmeringsmiddelen
Benzodiazepinen zoals diazepoxide en diazepam.
Werkt op de neurotransmitter GABA. Zorgt voor algehele remming in het brein.
Duizeligheid, slechte coördinatie, versterkt de resultaten van alcohol.
Zware ontwenningsverschijnselen
Antidepressiva
De eerst meestgebruikte worden tryciclisch genoemd (Imipramine en amitriptyline). Deze verlagen de opname van serotonine en norepinefrine. Daarmee wordt hun actie dus verlengd.
Later kwam er een nieuwere klasse die zich qua effect beperkt tot de neurotransmitter serotonine, de SSRI's. Voorbeelden hiervan zijn fluoxetine, citalopram en sertraline.
Beide varianten werken even goed al gaat de voorkeur uit naar de laatstgenoemde in verband met mildere bijwerkingen.
Verminderde lust, hoofdpijn, moeheid, diarree.
Wanneer medicijnen getest worden op effectiviteit vind er over het algemeen vergelijking plaats tussen drie groepen: De controlegroep (geen behandeling), een placebo groep en een groep die het daadwerkelijke medicijn krijgt.
Andere behandelingen
Elektroconvulsietherapie
Psychochirurgie
Transcraniële magnetische stimulatie
Diepe hersenstimulatie
3. Psychotherapie I: Psychodinamische en Humanistische therapie
Principes van psychodinamische therapie
Onbewuste conflicten, veelal afkomstig van ervaringen uit de vroege kinderjaren, liggen ten grondslag aan psychische aandoeningen.
Pas vanaf het moment dat men inzicht krijgt over de emoties of problematiek kan er actie ondernomen worden om het beter te maken.
Waarneembaar spraak en gedrag voorziet van aanwijzingen naar onbewuste conflicten
Vrije associatie
Dromen
Fouten en versprekingen
Overdragen
Gevoelens die de cliënt heeft voor een bepaald persoon in zijn of haar leven worden geprojecteerd op de therapeut.
Verzet
Tegen de therapeut voor blootleggen tegen te gaan door bijvoorbeeld te weigeren over bepaalde onderwerpen te spreken, niet komen opdagen. Om teveel verzet te vermijden moet een therapeut geleidelijk vordering boeken.
Principes van humanistische therapie
Het doel is om mensen bewust te maken van hun eigen verlangens en controle te hebben over hun eigen leven.
Cliënt neemt de leiding
Zorgvuldig en empathisch luisteren
Geven van onvoorwaardelijk maar eerlijk positief inzicht
Hangt samen met het creëren van een veilige omgeving waarin ook niet geoordeeld wordt.
Ook wel persoonsgeoriënteerde therapie
4. Psychotherapie II: Cognitieve en Gedragstherapie
Principes van cognitieve therapie (Ellis en Beck)
Focus op de rol van gedachten, geloof en attitudes bij het controleren van gedrag
Identificeren en aanpassen van slechte gedachten en gewoontes in het denken (ieder heeft zijn eigen wijze)
Het stellen van doel en hoe deze te bereiken (huiswerk)
Van leraar naar raadgever
Principes van gedragstherapie
Focust zich op leerprocessen in ontwikkeling en de handhaving van slecht of goed gedrag richting de omgeving.
Contingency Management: Het aanpassen van de relatie tussen actie en beloning.
Exposure treatment voor ongewenste angsten: Elke behandeling voor een fobie of angst die blootstelling betekent om habituatie of uitroeing van de angstreactie betekent
In vivo exposure
Virtual reality exposure
Imaginal exposure
5. Evalueren psychotherapieën