Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
BIOMOLECULEN (Koolhydraten (functie (energieleveranciers (glucose),…
BIOMOLECULEN
Koolhydraten
-
-
-
-
-
disachariden
glycosidische binding: disachariden ontstaan doordat twee monosachariden onder afsplitsing van een molecule water met elkaar verbonden worden
-
-
-
-
Eiwitten
-
-
enzymen, structuureiwitten, transporteiwitten, hormonen, receptoreiwitten, contractiele eiwitten, afweereiwitten
-
ruimtelijke structuur op 4 niveaus te beschrijven: primaire, secundaire, tertiaire en quaternaire structuur.
denaturatie: ontvouwing van de ruimtelijke structuur, waardoor de biologische activiteit van het eiwit verloren gaat.
als de pH, de zoutconcentratie, temperatuur of andere aspecten in de omgeving
-
Nucleinezuren
-
-
opgebouwd uit een organisch stikstofbase, een monosacharide en een fosfaatgroep
DNA
4 verschillende stikstofbasen: A,T C en G
-
-
RNA
bevat de monosacharide ribose en in plaats van T, U.
-
DNA bevat de erfelijke informatie voor de code (aminozuurvolgorde) van het eiwit, maar kan de kern niet uit.
DNA, wordt herschreven naar RNA dat wél de celkern uit kan.
Ribosomen lezen het RNA af en zetten aminozuren aan elkaar tot het gewenste eiwit.
Lipiden
-
triglyceriden
-
energieopslag, steunmateriaal, isolatiemateriaal, voedingsbron voor in vet oplosbare vitaminen
-
fosfolipiden
-
-
opgebouwd uit glycerol, vetzuren en een fosfaatgroep
fosfaatgroep: maakt het molecule aan een uiteinde sterk hydrofiel, terwijl de beide vetzuren hydrofoob zijn
steroide
cholesterol, testosteron, oestrogeen
bepalen vloeibaarheid van membranen, emulgatie van voedingsvetten, hormonen
belangrijkste steroiden: cholesterol, galzuren en steroidhormonen
-
-