Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
deel 1: restauratie en transformatie: Europa i.d. 19e eeuw Liberalisme en…
deel 1: restauratie en transformatie: Europa i.d. 19e eeuw
Liberalisme en nationalisme
ontstaan Liberalsime
inspiratie Liberalisme: gedachten verlichte filosofen
einde willen maken aan AR en nieuwe maatschappij creëren
economisch Liberalisme
burgerij had steeds meer macht
economisch systeem waarbij eigendom, privé-initiatief, vrije concurrentie basiskenmerken waren
Adam Smith -> grondlegger
basisprincipes economisch liberalisme
privé-initiatief: individuele vrijheid van ondernemer (nastreven van eigen belang en winst is motor van economie)
vrije concurrentie
vrijhandel: geen hinderlijke toltarieven, stijging afzetmarkten gelijk aan stijging productie
onbelemmerde industrialisering (IR)
sociale impact ervan
(uitbuiting arbeiders en meedogenloze concurrentie)
vrije markt: prijzen van producten bepaald door wet van V en A (niet door staat/ambacht
tegen overheidstussenkomst: staat mag zich niet mengen i.d. economie (zwakke staat, enkel waken over rust en vrede)
kenmerken politiek liberalisme
ijveren voor politieke rechten en vrijheden
scheiding der machten
geen vorstelijk absolutisme/macht v.d. koning aan banden d.m.v. grondwet
parlementaire vertegenwoordiging of inspraak -> volk (opmerking: cijnskiesrecht)
scheiding kerk en staat; godsdienstvrijheid
vrije meningsuiting, geen perscencuur
verzet tegen restauratie
sociale groepen:
1) liberale burgerij, gegoede klasse
2) llagere middenstand, intellectuelen, lagere burgerij
3) industriële arbeiders
kenmerken:
1) gematigd liberaal
2) radicaal liberaal
3) socialistisch
doel:
1) grondwet, cijnskiesrecht,scheiding der machten, privé-eigendom
2) grondwet, scheiding der machten, algemeen stemrecht, privé-eigendom
4) grondwet, algemeen stemrecht, afschaffing privé-bezit
beoogde regeringsvorm:
1) grondwettelijke parlementaire monarchie
2) parlementaire republiek/monarchie
4) democratische republiek
3 revolutiegolven (1820-1830-1848)
1) Spaanse en Portugese kolonies in opstand tegen moederland
reactie Amerikaanse president James Monroe
Amerika a.d. Amerikanen
VS beloofden zich buiten Europese politiek te houden op voorwaarde dat Europese mogendheden zich niet in politiek van Amerikaanse continent zouden mengen
-> gelijk aan ISOLATIONISME: buitenlandse politiek die zal blijvgen duren tot in de 20ste eeuw (WO1)
2) in 1830 overspoelde tweede revolutiegolf Europa