Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
h1. Geintegreerd behandelen (Geschiedenis verslavingszorg (in 1891 asiel…
h1. Geintegreerd behandelen
Dubbeldiagnose = het samen voorkomen van verslaving en een of meerdere andere psychiatrische aandoeningen.
sprake van comorbiditeit; gaat niet om afzonderlijke diagnoses maar om overlappende symptomen
comorbiditeit = verslavingszorg 60-80% andere psychiatrische aandoening in ggz is dit 20-60%
geintegreerd behandelen
Sequentieel hulpaanbod; eerst behandeling VZ en daarna GGZ of andersom
verklaringsmodel; gaat uit van psychopatologie ontstaat als gevolg van het gebruik van middelen of andersom
knelpunt is ervaringstekort hulpverlener wat primaire diagnose is
dubbeldiagnose worden door GGZ en Verslavingszorg naar elkaar verwezen ivm dubbele problematiek
paralelle hulpaanbod; behandeling stoornissen tegelijk maar gescheiden plaats, door gescheiden behandeling gebrekkige communicatie
Geschiedenis psychiatrie
voor bestaan instituionele voorzieningen werden cl opgesloten in krankzinnigengestichten, dolhuizen of zinnelozenhuizen, verstandelijke gehandicapen, arme lichamelijke zieken, alcoholisten en daklozen. geen behandeling. Methoden om mensen onder controle te houden
in 1950/1960 farmacologische behandeling op gang; grote invloed op psychiatrie; opnameduur, behandelklimaat, ambulantitisereing enzo.
instutionalisering nam af door antipsychiatrie beweging, kwam voor meer emanciepatie voor cl en famlie werd betrokken
huidige tijd kenmerkend: ecidence based behandelen en neurobiologisch onderzoek, ook verdeling segmenten;ouderenpsychiatrie, jeugdpsychiatrie enz
Halverwege 19e eeuw (1841) beweging om krankzinnigen te zien als patienten die behandeling nodig hebben
Eerste krankzinnigenwet van kracht die opname en verzorging regelde
disicipline en rust stonden centraal, verandering van omgeving + juiste bejegingen zou gunstig effect hebben
behandeling bestond uit arbeid, ontspanning en onderwijs, over ontstaan psychiatrische aandoening weinig bekend
onder invloed van fenomenologie ontstond 19e eeuw onderscheiden verschillende aandoeningen, met name Emil Kraeplin, basis voor latere classificatiesystemen
behandeling fysiek;insulineschockkuren, slaaptherapie en bedverpleging
door komst psychoanalyse en andere therapievormen einde aan fysieke behandelmethoden, rol emoties, cognitie en invloed van ervaringen kregen meer aandacht na WO 2
Geschiedenis verslavingszorg
verslaving = persoonlijke morele zwakte
opsluiten in heropvoedingsgestichten en gevangenis
morele model verschuifde rond 1800; naar farmacologisch model; geen zwakte, ligt aan verslavende eigenschappen stof
nieuwe wetgeving reguleerde handel in sterke drank en beteugelde openbare dronkenschap
doelen; openbare orde, bescherming jeugd en sociale hygiene, maatregelen waren sucecs, drankgebruik daalde enorm;
nooit verbod geweest; mensen moeten zichzelf kunnen of leren beheersen, nadruk op zelfbeheersing en handhaving nog steeds in NL drugsbeleid
in 1891 asiel voor drankzuchtigen
behandeling; rustig houden alcoholisten en arbeidstherapie tegen verveling
door terugval ontstond in 1909 consultatiesbureau voor alcohollisten voor behandeling in eigen omgeving
in 1930-1950 verslaving onderdeel van onderliggende probleem wat psychotherapeutisch behandeld moet worden; opening klinische voorziening
jaren 70; gedachte; dat moet je niet doen, om naar acceptatie. gericht op motiveren van gedragsverandering.
jaren 80; overheidsbeleid; normalisering, voorheen nadruk op afkicken en absistentie, nu belangrijke inzet begeleiding, maatschappelijk herstel en voorkomen nadelige gevolgen van gebruik
verklaringsmodellen
GGZ= vaak medische model; cl heeft kwetsbaarheid, binnen VZ morele model geevolueerd naar leertheoretische model; cl verantwoordelijk voor eigen gedrag; begrip herstel sluit goed aan; in zelfhulpgroepen is deze visie vanzelfsprekend
de onderstaande visie naar elkaar toegegroeid; herstel benadrukt acceptatie ziekte en leren omgaan met gevolgen van