Please enable JavaScript.
Coggle requires JavaScript to display documents.
Natuurkunde H2 (paragraaf 1: Elektrische energie produceren…
Natuurkunde H2
paragraaf 1: Elektrische energie produceren
Elektriciteitcentrale
De werking van de elektriciteitcentrale:
de branders verbranden aardgas, steenkool of een andere brandstof
De vrijkomende warmte verhit de ketel. Hierdoor ontstaat stoom- met een temperatuur van ong. 500`C en een hoge druk.
De stoom spuit met grote snelheid tegen de schoeppen van een turbine. Daardoor gaat de as van de turbine draaien.
De as van de turbine drijft een generator (een grote dynamo) aan die elektrische energie produceert.
De afgewerkte stoom die nu een lagere temperatuur en druk heeft, wordt naar een condensor geleid. Daar wordt de stoom door koelwater afgekoeld en condenseert tot water. Een pomp pompt het water dan terug naar de ketel.
Het koelwater wordt uit een rivier/meer gepompt en na gebruik teruggeleid. Het is niet vervuild maar iets warmer. Als er geen rivier/meer beschikbaar is, wordt koelwater in een koeltoren afgekoeld. De witte rook die je ziet bestaat uit kleine waterdruppels.
Bij een
kerncentrale
wordt de energie opgewekt door het slijten van kernen van zware atomen. Alleen de energieopwekking is anders, de rest van figuur 2 is bij een kerncentrale hetzelfde als bij een gewone centrale.
De dynamo en de generator
Een dynamo of generator zet bewegingsenergie om in elektrische energie. Het principe van een dynamo zie je op het plaatje die ik ergens heb geplakt
In het plaatje a schuif je een magneet in een spoel. Een spoel is een gewikkeld stuk metaaldraad. De spanningsmeter slaat naar rechts uit.
In figuur b ligt de magneet in de spoel zonder te bewegen. De spanningsmeter staat dan op 0 V
In figuur c trek je de magneet uit de spoel. De spanningsmeter slaat uit naar links.
Als het magnetisch veld in de spoel verandert, ontstaat er dus een spanning tussen de uiteinden van de spoel. Dat verschijnsel heet inductie. De opgewekte spanning noem je inductiiespanning.
In de dynamo van figuur 5 draait een magneet boven een spoel. Het magnetische veld in de spoel verandert daardoor telkens van grootte en richting. Hierdoor ontstaat er een inductiespanning over de uiteinden van de spoel. De spanning is
niet
constant. Bij een constant toerental van de magneet ontstaat er een regelmatig patroon. Zo een spanning noem je wisselspanning.
Elektrische energie
paragraaf 2: Elektrische energie vervoeren
paragraaf 3: Elektriciteit in huis
paragraaf 4: Een supernetwerk voor Europa